Overslaan en naar de inhoud gaan
  • 25/09/2025

Op welke manier zal de Vlaamse regering in haar tweede jaar het verschil maken voor de Vlaamse ondernemingen? Met die bril lezen we bij Voka de Septemberverklaring die de Vlaams minister-president afgelopen maandag uitsprak. We gaan ook in detail na welke begrotingsmaatregelen genomen worden. De experten van Voka bundelen hun analyses en eerste conclusies. 

Hoe kijken we naar de maatregelen over competitiviteit?

Koers houden

De Vlaamse regering zet terecht de begroting op koers naar het beoogde evenwicht in 2027.  Alleen moet zo een begrotingsoefening meer plaatsvinden met de blik op de productiviteitsgroei. Welke maatregelen dragen bij tot een hogere groei en competitiviteit van de Vlaamse economie en welke niet? Want het is letterlijk en figuurlijk ‘money time’.

De context waarin deze begrotingsopmaak moest plaatsvinden was ongunstig. Om het beoogde pad naar een nominaal begrotingsevenwicht te bereiken moest er voor ongeveer €1,5 miljard bijkomend worden bijgestuurd. Op die manier kan de Vlaamse regering het tekort terugdringen van €3,1 miljard in 2025 tot €1,7 miljard volgend jaar. Zo raakt de Vlaamse begroting alsnog op koers om in 2027 in evenwicht te eindigen.  

Een begroting in evenwicht is essentieel als je weet dat sinds 2020 (door de oplopende tekorten na de coronacrisis) de interestlasten van €430 miljoen verdriedubbelden naar maar liefst €1,35 miljard dit jaar. Zonder ingrijpen zouden ze tegen het einde van de legislatuur verder toenemen tot €2,1 miljard.  

Productiviteit als kompas

Met meer dan driekwart vindt het grootste deel van de inspanning plaats aan de uitgavenzijde, waarbij het nog afwachten is naar een groter detail van de besparingsoefening om finaal te weten welke maatregelen in vraag gesteld worden. De Vlaamse begroting bevat daartoe ook de nodige ruimte. Het tegen het licht houden van subsidies is dan ook een juiste reflex. Alleen gebeurt zo’ een oefening te vaak ‘ad hoc’.  

In het voorjaar creëerde de Vlaamse regering een Vlaamse Productiviteits- en Competitiviteitsagenda (VPCA) met als doel de productiviteitsgroei op te krikken. Om dit doel te bereiken moet een begroting vooral de groeibevorderende maatregelen trachten te ontzien en deze juist, op een gerichte manier, te versterken. Want de gezondmaking van de begroting geschiedt niet enkel via besparingen, maar ook door een goed draaiende economische motor.

Uitgaven en investeringen in bijvoorbeeld infrastructuur en onderzoek, ontwikkeling en innovatie zijn daarom cruciaal. De eenmalige investeringsmiddelen in deze domeinen, zoals trachten de Einsteintelescoop naar Vlaanderen te halen, zijn daarom toe te juichen. Het is echter wachten op het totale begrotingsplaatje om de algemene impact van zulke groeibevorderende maatregelen te kunnen inschatten.

Money time voor Vlaamse industrie

De Vlaamse begroting en het beleid in zijn hun geheel dient dienen zich nog sterker in te schrijven in de productiviteitsagenda. Een lagere regeldruk, een vlot vergunningenbeleid en andere goede randvoorwaarden zijn daarvoor essentieel. Maar er is anno 2025 meer nodig. In het bijzonder voor onze sterke energie-intensieve industrie. Sinds 2019 daalt de toegevoegde waarde van deze sectoren door de structureel hoge energieprijzen én onrendabele decarbonisatie-investeringen die voortvloeien uit de Europese klimaatdoelstellingen.  

Vlaanderen heeft sinds dit jaar een transitie-instrument uitgerold in de vorm van een pilootproject, van 7 miljoen euro per jaar. Wetende dat de investeringen van de industrie in de miljarden lopen en deze investeringen in competitie liggen met de buurlanden, is een opschaling van het transitie-instrument noodzakelijk. Gegeven de hoge productiviteit van deze sectoren is dergelijk industrieel beleid een voorbeeld van een groeibevorderende begrotingsstrategie.

Continuïteit van familiebedrijven ondersteunen  

Het is ook belangrijk voor Voka dat het bestaande fiscale stelsel voor schenking en vererving van familiale vennootschappen behouden zou blijven. De vrijstelling van schenkbelasting (mits voldaan aan strenge voorwaarden) is essentieel om de continuïteit van familiale ondernemingen – goed voor één derde van het bbp en 40 % van de tewerkstelling - te verzekeren. Ondernemers worden hierdoor namelijk gestimuleerd hun overdracht tijdig voor te bereiden.  

Naar een uitgavennorm én toetsing

De combinatie van de begrotingsopmaak 2025 (eerder expansief) en die van 2026 (restrictief) staat wat haaks op het trendmatig begrotingsbeleid dat door landen met een goed budgettair track record toegepast wordt.  

Het aangescherpte Europese begrotingskader voorziet net daarom in de invoering van een jaarlijkse netto-uitgavennorm die een gelijkmatig meerjarig uitgaventraject uittekent richting houdbare overheidsfinanciën. Een focus op de maximaal toelaatbare groei van de overheidsuitgaven heeft het voordeel van voorspelbaarheid en consistentie. Vlaanderen heeft dit instrument – na advies van een expertengroep - unisono goedgekeurd in een resolutie eind 2023. Als men deze norm ook effectief wil inzetten nadat het beoogde begrotingsevenwicht is bereikt in 2027,  dringt een operationalisering ervan volgend jaar zich op.  

Hoe beoordelen we de aandacht voor talent?

De kwaliteit en organisatie van het onderwijs moet omhoog

De Septemberverklaring roemt historische knappe koppen als illustratie en voorbeeld hoe Vlaanderen innovatief en pionierend was én kan zijn in de toekomst van morgen. Wil Vlaanderen ook morgen die vindingrijkheid aan de dag leggen en meer economische groei realiseren, dan moet ons onderwijs, zowel kwaliteit als organisatie beter zijn dan vandaag.

Binnen het onderwijsdomein dient daarbij vooral de focus uit te gaan naar het secundair onderwijs. Voka verwacht van de regering dat er werk wordt gemaakt van een rationalisering in de veelheid aan studierichtingen in het secundair onderwijs met het oog op meer kwaliteit en betere resultaten. De veelheid aan STEM-actieplannen leveren alsnog niet de verhoopte kentering en in globo moet de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt beter. Daarin past ook een echte realisatie van de herwaardering van het praktijkgericht onderwijs.

Onze arbeidsmarkt heeft nood aan een krachtig talentoffensief

Talentontwikkeling beperkt zich niet tot het onderwijs en leerplichtigen maar is een essentiële hefboom om de (nog niet) werkende beroepsbevolking productief aan het werk te brengen en houden. Kennis, vaardigheden en futureproof skills zijn onontbeerlijk voor toekomstige groei en welvaart. Op dit vlak blijft het Septemberakkoord stil hoe het wil inzetten op de knappe koppen van morgen. 
Er zijn binnen het ‘Levenslang Leren’ afgelopen tijd besparingen gerealiseerd maar het geheel mist visie.  Het is uitkijken naar de lopende uitgavetoets maar dit mag de regering niet verhinderen werk te maken van een ambitieus plan dat de bevolking up- en reskilled met een breed uitgerold Talentoffensief.

Samen met het ontwikkelen van mensen staat Vlaanderen ook voor een grote activeringswerf nu de werkloosheidsuitkeringen beperkt worden in de tijd en de federale plannen evolueren in de richting van activering van langdurig zieken. Dit vraagt om een bijzonder performante en wendbare VDAB die presteert op weloverwogen kerntaken en een sterke dienstverlening aanbiedt aan werkzoekenden én werkgevers. Tijd voor een ambitieuze beheersovereenkomst.

De actuele hervorming van de Individuele Beroepsopleiding (IBO) is alvast een belangrijk signaal op een belangrijk moment. De succesformule van weleer krijgt nieuw leven ingeblazen en biedt dus de opportuniteit om nog meer en beter te worden ingezet op de om- en bijscholing van de arbeidsreserve. Voka vraagt dat VDAB daar nu actief mee aan de slag gaat en het promoot bij ondernemingen.

Meer middelen voor zorg, maar preventie en innovatie blijven achter

Het optrekken van de zorgpremie is een goede zaak. De vergrijzende Vlaming verwacht voldoende en kwalitatieve ouderenzorg. Met de Zorgverzekering wordt alvast het verzekeringsprincipe gehonoreerd, rekening houdend met het feit dat volgens de OESO de eigen bijdragen voor ouderenzorg op de helft ligt van het EU-gemiddelde.

Daarentegen ontbreekt het evenwel aan een duidelijke beleidslijn omtrent preventie en innovatie. Deze zijn nochtans essentieel om de toekomstige meeruitgaven onder controle te houden. Mocht de 5%-preventienorm worden gehanteerd zouden uitgaven immers moeten stijgen van 85 naar 875 miljoen euro.

Het budget voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin stijgt met een half miljard verder naar 18.3 miljard euro. De regering wil inzetten op het wegwerken van wachtlijsten en uitbreiden van kinderopvang en dat is nodig maar niet voldoende. Het is ook nodig dat wordt ingezet op digitalisering en databeleid alsook geïntegreerde zorg die schaalvoordelen doet ontstaan in de zorg over sectoren heen. Dit moet toelaten om nog meer efficiëntie en zorg te realiseren.

Tot slot kiest de regering terecht voor het schrappen van de schoolbonus in het Groeipakket. Dat pakket richt zicht immers te breed op iedereen in plaats van selectief in te zetten op groepen die hieraan het meeste nood hebben. 

Hoe beoordelen we mobiliteit, omgeving en energie?

Vlaanderen verhoogt opnieuw kilometerheffing voor vrachtvervoer

De kilometerheffing voor vrachtwagens werd de voorbije jaren al fors duurder, zowel door de uitbreiding van het wegennet in 2024 (met 686 kilometer) als door tariefverhogingen boven op de indexatie. De laatste verhoging dateert van 1 juli 2025, maar opnieuw wordt naar de kilometerheffing gegrepen om de begroting in evenwicht te brengen. Via contractuele clausules komt de factuur onvermijdelijk bij de hele economie terecht.

Om de ondernemingen met vrachtwagens deels tegemoet te komen, kan Vlaanderen de index- en tariefaanpassingen voortaan laten ingaan op 1 januari in plaats van 1 juli. Dat sluit beter aan bij de heronderhandelingen van transportprijzen en stemt de timing af op de timing in Wallonië. Voka vraagt daarnaast dat de extra opbrengsten worden gebruikt om de onderhoudsachterstand van onze wegen versneld weg te werken.  

Positief is dat de geplande investeringen in weginfrastructuur en fietspaden overeind blijven en dat de vrijstelling voor zero-emissie voertuigen behouden blijft. Europees zou de mogelijkheid tot vrijstelling ook verlengd worden tot 30 juni 2031. Voka rekent erop dat het Vlaamse Gewest van deze Europese mogelijkheid zal gebruik maken om de vergroening van de vrachtwagenvloot maximaal te stimuleren.

Voka vindt het jammer dat een algemene slimme kilometerheffing onbespreekbaar blijft voor de huidige Vlaamse regering, terwijl die de files kan helpen terugdringen.  

Niet langer groenestroomcertificaten voor hernieuwbare energie tijdens negatieve uren

In de Septemberverklaring kondigde de regering aan dat ze vanaf 2026 geen groenestroomcertificaten meer zal toekennen voor hernieuwbare energie-installaties tijdens negatieve elektriciteitsprijzen.  De bekommernis van de regering om de energiefactuur voor bedrijven te verlagen, is terecht. Ook vanuit systeemperspectief is steun tijdens negatieve prijsuren suboptimaal.  

Toch vindt Voka dit niet de juiste maatregel. Producenten en bedrijven, die investeren in hernieuwbare energie, rekenen op gemaakte afspraken met de overheid om de rendabiliteit van hun projecten te berekenen. Over enkele jaren zouden de duurste certificaten sowieso uit de factuur verdwenen zijn. Het was beter geweest de gemaakte afspraken te honoreren en op andere wijze de factuur te verlagen, zoals het opkopen van warmtekrachtcertificaten met algemene middelen.

Een breder debat met gepaste maatregelen over de verlaging van energiekosten voor ondernemingen moet dringend gevoerd worden. We betreuren dat de schrapping van groenestroomcertificaten tijdens negatieve uren hier geen deel van uitmaakt. We roepen de regering op om werk te maken van een verlaging van de energiekost, bijvoorbeeld via het staatssteunkader dat CISAF aanreikt.  

Nu echt doorpakken voor een voorspelbaar en rechtszeker vergunningenbeleid

Met de Septemberverklaring bevestigt de regering dat ze volop inzet op een sneller en eenvoudiger vergunningenbeleid. Voka onderschrijft die boodschap. Het ontknopen van de acute Vlaamse vergunningenknoop moet een absolute topprioriteit zijn, want een vlotte vergunningverlening is een kerntaak van de Vlaamse overheid. Dringende actie is noodzakelijk, want zowel in de industrie als in de nieuwbouw ligt het aantal vergunningsaanvragen op een historisch dieptepunt.

Dat vraagt daadkracht. Nadat de gemengde expertencommissie eind deze maand haar adviesrapport aflevert, is het cruciaal dat de regering snel en gericht dit advies ook effectief omzet in regelgeving. Werk hierbij met verschillende sporen. Voer uit wat nu al klaarligt, zoals de modulaire omgevingsvergunningsprocedure en de omgevingsbesluiten, en werk parallel aan meer fundamentele, nieuwe regelgevende initiatieven.  

Bovendien mogen we niet te snel te tevreden zijn. Voorspelbare en rechtszekere vergunningen zijn een werk van lange adem. Behoud daarom de gemengde expertencommissie vergunningen, zodat de commissie zelf de implementatie van haar eigen advies opvolgt en verder kan inzetten op de finale ontknoping van de vergunningenknoop.  

imu - vzw - clearnox
imu - vzw - orange
imu - vzw - coface
imu - vzw - nbn
ING
Orange
SDWorx