Met Parkwind was de familie Colruyt een pionier in windenergie op de Belgische Noordzee. 2 jaar geleden werd een internationale versnelling hoger geschakeld door op te gaan in de Japanse groep JERA, één van de grootste elektriciteitsproducenten ter wereld. “Onze 15 jaar ervaring en kennis passen we nu wereldwijd toe”, zegt Kristof Verlinden, hoofd operations & maintenance.
“Noem mij gerust een windboer, dat is mijn geuzennaam”, zegt hoofd operations & maintenance Kristof Verlinden van Parkwind. “Parkwind ontstond toen de familie Colruyt het bouwproject van een Nederlands bedrijf uit het faillissement haalde. Vanuit Zeebrugge ontwikkelden we het park Belwind met 55 turbines in 2010. Door de jaren verhuisde onze niche naar Oostende, waar we samen de haven weer deden groeien en bloeien. De familie Colruyt had ook een aandeel in de concessie Eldepasco (Electrawinds, Depret, Aspiravi, Colruyt), die gaandeweg veranderde in Northwind met 72 turbines. Ten slotte bouwden we ook Nobelwind met 50 turbines, eigenlijk de tweede fase van Belwind.”
Daarna kwam Parkwind voor een strategische een keuze: zich concentreren op de exploitatie van het bestaande portfolio of verder groeien als een internationale ontwikkelaar. “Het werd duidelijk de tweede optie. Sindsdien bouwden we op de Belgische Noordzee nog het park Northwester II met 23 heel grote turbines en stapten we in projecten in onder meer Ierland, Duitsland, Noorwegen en Australië. Ik was nummer 3 op de loonlijst en intussen zijn we met bijna 200 collega’s, waarvan een 40-tal in Oostende en de meerderheid op ons hoofdkantoor in Leuven.”
De bouw van offshore windprojecten kende de jongste jaren zo’n schaalvergroting dat er veel meer kapitaal voor nodig is. Tegelijk werd de opgebouwde expertise een echt exportproduct. “Daarom besliste Jef Colruyt in 2023 om Parkwind te koop te stellen. We werden een onderdeel van de Japanse energiegroep JERA, één van de grootste elektriciteitsproducenten ter wereld. Wij ontwikkelen en ondersteunen nu ook projecten in onder meer Japan en Taiwan.”
In het begin leek offshore windenergie voor veel mensen zo vreemd als een ruimtereis.
Kristof Verlinden
Bloeiend netwerk
In nauwelijks 10 jaar tijd werd België in 2020 het land met vierde grootste geïnstalleerde capaciteit ter wereld. “Maar in het begin leek offshore windenergie voor veel mensen zo vreemd als een ruimtereis. Wij gingen daarom heel actief aan bedrijven uitleggen wat we deden, en gaven zo mee de aanzet tot het ontstaan van een bloeiend netwerk van dienstverleners en toeleveranciers: de Belgian Offshore Cluster (BOC). We organiseren het jaarlijks uitbreidende clusterevenement Belgian Offshore Days en helpen elkaar met opleidingen en certificaties. Heel wat van die bedrijven surfen nu ook mee op onze internationale groeigolf. Er is trouwens een goede verstandhouding als conculega’s tussen de 4 operatoren van windparken Otary, Norther, C-Power en Parkwind.”
“Een actuele kwestie is de beveiliging van offshore infrastructuur, waarvoor wij samenwerken met onder meer de Kustwacht en de Marine. Als militaire reservist ben ik ook persoonlijk betrokken bij het beveiligen van onze kust. Er lopen mooie technologische projecten in samenwerking met de offshore windsector, binnen het netwerk van De Blauwe Cluster.”
