De komende weken worden bepalend voor de Europese economie.
Op 11 februari presenteert de Europese Commissie haar nieuwe werkprogramma en op 26 februari volgt de Clean Industry Deal. Om dit alles richting te geven introduceerde de Commissie deze week haar langverwachte Competitiveness Compass 2025.
Dit beleidsdocument is bedoeld als antwoord op de toenemende concurrentiedruk uit de VS en China, maar roept vooral de vraag op: zal het de Europese industrie daadwerkelijk versterken?
Het Competitiveness Compass is een overkoepelende communicatie van de EU waarin toekomstige initiatieven gericht op het versterken van de competitiviteit van de EU worden toegelicht, samen met een concrete planning. Het document is een waardevolle leidraad, maar Europa heeft nu vooral ook actie nodig.
Beleidsplannen en mooie woorden zijn niet langer genoeg; bedrijven hebben concrete investeringen, meetbare doelstellingen en vooral daadkrachtige implementatie op het terrein nodig. Het is tijd om de versnelling in te schakelen, de drempels weg te nemen en de Europese economie opnieuw op de wereldkaart te zetten. Hieronder bekijken we wat goed is aan dit kompas, maar waar ook mogelijke valkuilen liggen.
Drie positieve zaken aan het kompas
1. Het onderstreept het belang van innovatie
We waarderen de initiatieven die in de komende kwartalen zullen worden voorgesteld voor innovatieve sectoren zoals de start- en scale-ups, AI, biotech en quantumtechnologie.
De uitdaging blijft echter om investeringsdrempels te verlagen, zodat bedrijven sneller toegang krijgen tot kapitaal en innovatie werkelijk kan floreren.
2. De koppeling tussen decarbonisatie en competitiviteit
Dit is een belangrijk signaal richting het bedrijfsleven dat de groene transitie kan samengaan met economische groei. De Clean Industrial Deal zal daar als leidraad dienen en we zijn sterk benieuwd naar wat daar in zal staan.
Het feit dat dit zo snel in de beleidsplannen naar voor wordt geschoven, signaleert duidelijk dat de Europese Commissie de boodschap vanuit het industrieel weefsel goed heeft begrepen.
3. De enabling condities lijken ook helemaal juist te zitten
De interne markt, minder regeldruk en een sterke ‘savings & investment union’ worden als prioritair genoemd. Door barrières weg te nemen, kan de interne markt schaalvoordelen bieden die nodig zijn om innovatie en duurzaamheid te versnellen. Tegelijkertijd is financiële integratie onmisbaar om kapitaal snel en effectief te mobiliseren voor strategische investeringen.
De belofte om de regeldruk terug te dringen kan ertoe leiden dat er net meer ruimte is op termijn om de innovatiecapaciteiten en decarbonisatieprojecten verder te versterken. Ook hier worden telkens concrete data naar voor geschoven- nog voor de zomer – om hier zo snel mogelijk mee aan de slag te gaan.
Drie verbeterpunten
Hoewel er enkele positieve ontwikkelingen zijn, blijft de strategie tekortschieten op fundamentele pijnpunten die essentieel zijn voor het realiseren van de doelstellingen van het Competitiviteitskompas.
1. Energievoorziening: geen sluitende oplossingen
Het Competitiviteitskompas benadrukt het belang van een stabiele en betaalbare energievoorziening om de Europese concurrentiekracht te waarborgen. Echter, de huidige strategie biedt geen sluitende oplossingen. De afhankelijkheid van externe energiebronnen blijft hoog en de plannen om deze kwetsbaarheid te verminderen blijven te vaag en onvolledig.
Op de agenda staat nu een actieplan om de energieprijzen aan te pakken (verwacht op 26/2), maar we hopen dat men verder gaat dan louter een actieplan Een actieplan alleen is niet voldoende; de Europese bedrijven kampen nú al met hoge energiekosten, wat hen op de wereldmarkt in het nadeel stelt.
2. Decarbonisatie: genoeg ambitie?
Het Competitiviteitskompas streeft naar een duurzame transitie, maar de aanpak rond decarbonisatie gaat hopelijk ver genoeg. De voorgestelde Decarbonisation Accelerator Act zou ambitieuzer moeten zijn dan de Net Zero Industry Act, die in regio’s zoals Vlaanderen te weinig impact had.
Hoewel het creëren van markten voor duurzame producten een belangrijke stap is, zal enkel wetgeving niet volstaan om een competitieve groene industrie te garanderen. Het succes van de decarbonisatie hangt nauw samen met robuuste financieringsmechanismen, wat ons bij het volgende punt brengt.
3. Innovatieve en duurzame industrie: middelen volgen pas later
Een kernpijler van het Competitiviteitskompas is de financiering van innovatieve en duurzame industrieën. Het Competitiviteitsfonds speelt hierin een cruciale rol, maar de huidige plannen voorzien pas middelen in het volgende Meerjarig Financieel Kader (MFK) 2028-2034.
Dit is een groot struikelblok, want investeringen zijn nú nodig. Bedrijven moeten vandaag strategische keuzes maken die hun concurrentiekracht op lange termijn bepalen. Zonder directe financiële ondersteuning riskeren we dat cruciale businesscases niet gerealiseerd worden en dat Europa achterop raakt ten opzichte van andere economische grootmachten.
Conclusie: actie en snelheid noodzakelijk
Hoewel de Europese Commissie duidelijk wakker is, blijft veel afhangen van de daadkracht van de Commissie én de lidstaten. De voorgestelde pakketten wijzen alvast in de juiste richting, en er zijn redenen voor voorzichtig optimisme. Bepaalde belangrijke initiatieven worden de komende maanden voorgesteld, andere cruciale bouwblokken blijven wat ons betreft iets te vaag.
Toch dringt snelle actie zich op: concrete maatregelen rond energie, decarbonisatie en financiering zijn nu essentieel om de concurrentiekracht te waarborgen. We kijken met hoge verwachtingen naar de Clean Industrial Deal en de initiatieven die hieruit zullen voortvloeien, waarop we de komende maanden ook zullen op wegen.