Overslaan en naar de inhoud gaan
  • Elektrificatie van het wagenpark: 8 vragen over het laden van voertuigen

Elektrificatie van het wagenpark: 8 vragen over het laden van voertuigen

Mechelen-Kempen
  • 04/11/2024

Er komt heel wat kijken bij de elektrificatie van je wagenpark. Denk maar aan het efficiënt beheren van laadkosten, het terugbetalen van thuislaadsessies, het verkrijgen van een duidelijk inzicht in de kostenstructuren van publieke laadpunten, … De juiste aanpak bespaart je tijd én kosten.

AC­ of DC­laadstations, wat is het verschil?

AC is wisselstroom of Alternating Current. Deze vorm van elektriciteit komt standaard uit de stopcontacten in woningen. DC is gelijkstroom of Direct Current. Dan stroom de elektriciteit maar in één richting. Batterijen, zoals die in je telefoon, laptop of voertuig, werken uitsluitend met gelijkstroom. 

Wanneer je een elektrische auto oplaadt met een AC-lader, zoals via het gewoon stopcontact thuis of een standaard wandlader, dan laad je dus met wisselstroom. Elektrische voertuigen hebben een ingevouwde omvormer die de wisselstroom omzet in gelijkstroom omdat de batterij alleen gelijkstroom kan opslaan. Dat vermogen is echter lager dan externe gelijkstroomladers. De laadsnelheid is dus enigszins beperkt. DC-snelladers leveren rechtstreeks gelijkstroom aan de batterij. De laadtijd wordt dus sneller. Dit type laders vind je meestal langs de snelweg of als publieke laadinfrastructuur langs de straat.

Welke laadpaal voor welk soort voertuig?

Bedrijfswagens, bestelwagens en lichte vrachtwagens met kleinere accu’s kunnen meestal aan een publieke of private laadpaal opgeladen worden binnen het tijdsbestek van een nacht. Publieke laadpalen laden meestal aan 22 kW. Voor zware vrachtvoertuigen heb je ook zwaardere DC-laders nodig. De batterij van een vrachtwagen of trekker laat maximale laadsnelheden toe van 250 kW tot 500 kW. Moet je snel weer de weg op kunnen, dan is ook ‘battery swapping’ een mogelijkheid. Je constructeur vertelt je of die optie mogelijk is.

Domme versus intelligente laadinfrastructuur, wat is het verschil?

Een ‘dom’ laadstation of simpele laadinfrastructuur laadt meteen op wanneer je de laadkabel in de wagen steekt. Een intelligent of slim laadstation bezit daarnaast de mogelijkheid om extra functionaliteiten te installeren. Zo krijg je meer inzicht in laadgedrag en meer mogelijkheden om het optimale moment van laden te bepalen. Dan kan je laden op basis van de elektriciteitsprijzen of de productie van wind- en zonne-energie. Dit wordt ook smart charging genoemd.

Wat kan je doen met smart charging?

Je kan bijvoorbeeld meer doen met functies als load balancing, energiemeting van de verbruikte energie door het laadstation en (draadloze) datacommunicatie. Sommige functies kan je koppelen aan een online beheerplatform. Zo wordt een aparte afrekening van de verbruikte energie mogelijk. De werkgever kan dan de verbruikte energie van de laadsessies terugbetalen zoals met een tankkaart. 

Daarnaast worden eventuele foutmeldingen, software-updates en real-time monitoring van de laadstations mogelijk gemaakt. Load balancing maakt het mogelijk om bijvoorbeeld slim te balanceren tussen verschillende laadstations. Zo vermijd je overbelasting van het net. Je kan ook instellen dat er enkel ’s nachts opgeladen mag worden of het laadstation koppelen aan de zonnepanelen van je onderneming.

Hoe lang duurt het om een wagen op te laden?

Mocht je auto zelf niet uitgerust zijn met die tool, dan kan je zelf een berekening maken. Je hebt dan de batterijcapaciteit van je voertuig nodig, uitgedrukt in kwH, en het vermogen van het laadstation, uitgedrukt in kW. Deel de batterijcapaciteit door het laadvermogen. De berekening geldt dan voor een volledige laadbeurt van 0% naar 100%. In de praktijk komt dit zelden voor.

Welke elektrische aansluiting heb je nodig?

Om aan 22kW te kunnen laden, zoals bij de meeste publieke laadpalen het geval is, is altijd een driefasige aansluiting vereist. Je kan zelf controleren welke aansluiting je op jouw locatie hebt, maar als je twijfelt, neem dan zeker contact op met jouw netbeheerder. Wil je veel of zware laadpalen installeren? Dan kan een verzwaring van je netaansluiting nodig zijn. Ook hier kan je netbeheerder je over informeren. Zelf kijken kan op de capaciteitswijzer voor professionele klanten bij Fluvius Open Data. Hou ook rekening met een eventuele latere uitbreiding van je laadinfrastructuur. Dat kan door het voorzien van wachtleidingen en door te zorgen voor marge op de netaansluiting. Verlies ook niet uit het oog dat nieuwe laadinstallaties voor ingebruikname gekeurd moeten worden.

Kan het publiek mijn laadpalen gebruiken?

Je kan je laadinfrastructuur ter beschikking stellen aan derden. Zo kan je het aantal laadsessies doen toenemen en een stuk van de kosten recupereren door marge te nemen op de laadsessies van externe gebruikers. Je laadinfrastructuur zal zich sneller terugverdienen en soms kan je ook beroep doen op bepaalde fiscale voordelen wanneer je laadinfrastructuur semipubliek is. Anderzijds kunnen er ook extra kosten aangerekend worden. Binnenkort moet publiek toegankelijke laadinfrastructuur ook voldoen aan nieuwe vereisten rond prijstransparantie en betaalmogelijkheden.

Wat met de terugbetaling van de laadkosten?

Een werkgever kan de laadkosten van een bedrijfswagen op verschillende manieren terugbetalen aan een werknemer: bijvoorbeeld via een slim laadstation thuis en/of met een laadpas. De laadpas registreert al de laadsessies bij publieke en semi-publieke laadpalen in heel Europa. In de meeste gevallen wordt het abonnement van de laadpas en de laadkosten rechtstreeks gefactureerd aan de werkgever. Met een laadstation thuis leest een online platform de energiemeter van het laadstation op afstand uit. Het energiegebruik wordt maandelijks aan een vooraf bepaald tarief gefactureerd aan de werkgever en zo aan de werknemer terugbetaald.

Jouw advertentie in Ondernemers?

Adverteren via Voka Mechelen-Kempen

Klik hier

Artikel uit publicatie