Limburg staat opnieuw op een kruispunt. Terwijl de provincie vroeger telkens na een crisis opveerde – van de mijnsluitingen tot de sluiting van Ford – komt nu een ander vraagstuk op tafel: hoe houden we de welvaart vast in een tijd van vergrijzing, globalisering en razendsnelle technologische veranderingen? Die keuzes liggen vandaag op tafel in de nieuwe beleidsverklaring. Gedeputeerde voor Economie en voorzitter van POM Limburg Tom Vandeput en gouverneur Jos Lantmeeters blikken vooruit op wat dat betekent voor de volgende legislatuur.
Tom Vandeput: “De nieuwe beleidsverklaring voor 2026-2030 legt vandaag de fundamenten voor de toekomst. We hebben bewezen dat we na elke crisis sterker uit de hoek komen, maar deze keer moeten we méér doen dan herstellen: we moeten structureel sterker worden. Wat we nu beslissen, bepaalt de welvaart van een hele generatie.”
Limburg heeft een geschiedenis van vallen en opstaan. Hoe kijkt u daar nu op terug?
Vandeput: “Dat we sterker zijn dan we vaak denken. Van mijnregio tot kennisregio: telkens opnieuw hebben we ons heruitgevonden. Vandaag staan we beter op de arbeidsmarkt, maar we kampen nog altijd met een productiviteitskloof ten opzichte van Vlaanderen. Die moeten we dichten.”
Hoe kan Limburg het verschil maken?
Vandeput: “Door slimmer te werken. We willen 2.500 bijkomende hooggeschoolde jobs aantrekken. Die trekken andere profielen mee en zorgen voor nieuwe bedrijvigheid. Maar het gaat ook over leefkwaliteit: jongeren moeten hier kansen zien en willen blijven.”
Ook ruimte om te ondernemen staat onder druk. Hoe speelt u daarop in?
Vandeput: “We willen 200 hectare nieuwe bedrijventerreinen activeren, maar even belangrijk is de herontwikkeling van bestaande sites. Bedrijven vragen ruimte, maar we combineren dat met circulaire oplossingen, groene energie en slimme mobiliteit. Ruimte moet meer opleveren dan alleen vierkante meters.”
U verwijst vaak naar campussen. Waarom zijn die zo belangrijk?
Vandeput: “Omdat ze ecosystemen zijn. De Health Campus focust op digitale zorg, de Bouwcampus op circulair bouwen, Thor Park op energie en robotisering en Corda wordt onze AI-hub. Dat zijn plekken waar bedrijven, onderzoekers en overheid elkaar vinden. Daar ontstaan nieuwe ideeën én jobs.”
"Alleen door samenwerking kan Limburg boven zichzelf uitstijgen."
Gouverneur Lantmeeters, hoe kijkt u naar die aanpak?
Jos Lantmeeters: “De kracht van Limburg zit in samenwerking. Limburg moet boven zichzelf uitstijgen, en dat kan alleen door onze troeven te bundelen met Vlaanderen en Europa. Als we samen inzetten op innovatie en duurzaamheid, kan Limburg uitgroeien tot een voorbeeldregio.”
SALKturbo bracht de voorbije jaren veel investeringen. Wat volgt nu?
Vandeput: “SALKturbo gaf ons de sprint, maar Horizon 2050 wordt het kompas voor de marathon. Het is een langetermijnvisie die verder reikt dan één legislatuur: ze zet de koers uit op de schaal van een generatie: welke sectoren we versterken, welke infrastructuur we nodig hebben en waar we de meeste toegevoegde waarde kunnen creëren. Geen vervolg of alternatief voor SALKturbo, maar wél het kader waarbinnen de transitie zich duurzaam kan voortzetten.”
Europa speelt daarin een sleutelrol.
Vandeput: “Zeker. Zonder Europese steun waren veel projecten nooit gestart. Limburg is erkend als transitieregio en dat statuut willen we verlengen. EFRO, Interreg en misschien ook leningen via de Europese Investeringsbank: dat zijn hefbomen die publieke middelen vermenigvuldigen.”
Internationale samenwerking is vaak complex. Hoe maakt Limburg dat concreet?
Lantmeeters: “We werken al decennia samen binnen de Euregio Maas-Rijn. Dat geeft ons toegang tot kennis van Luik tot Eindhoven en Aken. De Einsteintelescoop is daarvan een mooi voorbeeld: je krijgt zo’n project nooit alleen binnen, dat doe je met partners over de grens heen. Als voorzitter van de EMR hoop ik in de volgende drie jaar daarop de focus te kunnen leggen.”
Vandeput: “En dat partnerschap gaat verder dan wetenschap. Door gezamenlijke fondsen zoals Interreg of Crossroads verbinden we Limburgse kmo’s met internationale spelers. Dat opent deuren voor innovatie en nieuwe markten.”
"De productiviteitskloof dichten is onze grootste opdracht."
De Einsteintelescoop wordt vaak genoemd als ‘moonshot’. Waarom?
Vandeput: “Omdat het project talent en innovatie mobiliseert. Het kan duizenden jobs opleveren en spin-offs creëren. Zelfs áls de telescoop uiteindelijk elders komt, blijven de opgebouwde kennis en expertise hier renderen. Dat verdwijnt niet meer.”
Lantmeeters: “En vergeet het imago niet. Zo’n project plaatst Limburg internationaal op de kaart. Het versterkt niet alleen onze economie, maar ook ons zelfvertrouwen als regio. Limburg mag best wat trotser zijn op wat we kunnen.”
