Op woensdag 5 november hebben de Europese lidstaten een akkoord bereikt over nieuwe Europese klimaatdoelen. In het akkoord wordt afgesproken dat de Europese Unie haar uitstoot tegen 2040 met 90 procent zal verminderen tegenover het niveau van 1990. Tot nu toe lag enkel de klimaatneutraliteit in 2050 vast en de tussentijdse doelstelling in 2030 om de uitstoot met 55 procent te verminderen.
Duurzaamheid en competitiviteit moeten hand in hand gaan
De 2040 doelstelling lag nochtans onder vuur, omdat die verder gaat dan een lineaire doorrekening van -55% in 2030 naar nettonul in 2050. Voka waarschuwde al eerder dat doelenfetisjisme niet noodzakelijk leidt tot versnelde emissiereductie. Duurzaamheid en competitiviteit moeten handen in hand gaan. Onze bedrijven zullen de komende jaren met stijgende koolstofprijzen en dalende emissieplafonds geconfronteerd worden. Een (te) hoge klimaatdoelstelling in 2040 stuurt eerder aan op de-industrialisering, dan op industriële transitie. Sommige technologieën zoals carbon capture, utilization, storage en waterstof, zullen pas vliegwieleffecten hebben na 2040.
Europa zet nu toch door met de -90% doelstelling, weliswaar met enkele verzachtende randvoorwaarden. Het ETS2-systeem, waarbij een koolstofprijs wordt ingevoerd voor alle activiteiten die vandaag nog niet onder ETS1 vallen, wordt met een jaar uitgesteld en zal pas ingevoerd worden in 2028. Voka gaf eerder tijdens een hoorzitting in het Vlaams Parlement al aan dat de prijsonzekerheid binnen ETS2 wel eens zou kunnen leiden tot een forse prijsstijging van fossiele brandstoffen, gebruikt in transport, voor gebouwverwarming en processen van bedrijven. Volgens ons blijven meer ‘checks en balances’ nodig om de prijs te bewaken én moeten tot 2050 rechten beschikbaar blijven.
Voor het emissiehandelssysteem voor de zware industrie en elektriciteitssector, is in het akkoord sprake van een ‘verzachting van de afname van gratis rechten’ binnen ETS1 na 2028. Wat hiervan de impact zal zijn, is nog koffiedik kijken. Gratis uitstootrechten zijn voor Voka essentieel binnen sectoren die internationaal concurreren en gevoelig zijn aan koolstoflekkage. Bij de ETS review volgend jaar, pleiten we voor méér beschikbare (gratis) rechten en een dalend plafond dat zich op 2050 richt, en niet 2039 zoals nu het geval is. Verder heeft België gezien haar industrieel weefsel eigenlijk recht op meer veilinginkomsten waarmee dan weer transitiebeleid gevoerd kan worden.
Alle sectoren zullen nog een tandje moeten bijsteken om klimaatneutraal te worden in 2050.
Frank Beckx, gedelegeerd bestuurder van Voka
Tot slot is er sprake van ‘internationale koolstofkredieten’ die wat flexibiliteit aan de lidstaten kunnen bieden, zodat ze de facto eerder tot -85% moeten reduceren dan -90%. Ook hier is het nog gissen naar de uiteindelijke effecten en het kostenplaatje voor de lidstaten. België heeft zich onthouden bij de stemming, voornamelijk op aansturen van Vlaanderen. Voka waardeert deze houding omdat er effectief te weinig garanties zijn ingebouwd dat de concurrentiekracht van de Europese industrie kan worden gevrijwaard.
Tandje bijsteken
“Alle sectoren zullen nog een tandje moeten bijsteken om klimaatneutraal te worden in 2050. In plaats van onrealistische en niet-onderbouwde doelstellingen in 2040 te formuleren, moet Europa net alle zeilen bijzetten om de competitiviteit van ondernemingen te versterken. Woorden moeten dringend omgezet worden in daden, want de de-industrialisering is ingezet. Dit betekent niet alleen een enorm welvaartsverlies, maar maakt ons geopolitiek ook zeer afhankelijk en kwetsbaar”, zegt Frank Beckx, gedelegeerd bestuurder van Voka.



