Overslaan en naar de inhoud gaan
  • Nieuws
  • Vlaams regeerakkoord 2024-2029: wat zit erin voor jouw onderneming?

Vlaams regeerakkoord 2024-2029: wat zit erin voor jouw onderneming?

  • 30/09/2024

Er is een nieuw Vlaams regeerakkoord met beleidsprioriteiten voor de komende legislatuur. Deze week legde de Vlaamse regering Diependaele I de eed af in het Vlaams Parlement en stelde de nieuwe minister-president zijn regeerverklaring voor. 

Het Voka Kennis- en Lobbycentrum analyseerde het volledige regeerakkoord. Voka hamerde op cruciale maatregelen voor ondernemingen. We zetten de meest in het oog springende beleidsmaatregelen voor jou op een rijtje. 

1. Innovatie en economie

De Vlaamse regering spreekt de ambitie uit om samen met het bedrijfsleven te streven naar een verhoging van de gezamenlijke investeringen in onderzoek & ontwikkeling (O&O) naar 5% van het bbp. Tegelijkertijd zet men de komende legislatuur verdere stappen richting de 1% O&O-overheidsuitgaven met op kruissnelheid een opstap van 220 miljoen euro in 2029. Dit is een belangrijke injectie, maar zal niet volstaan om de 1%-norm deze legislatuur te behalen (op dit moment zitten we in Vlaanderen op ongeveer 0,78%). Naast de extra middelen wordt er sterker ingezet op de economische valorisatie van innovatie, wat positief is. 

De Vlaamse economische steunmechanismen worden geëvalueerd en bijgestuurd met het oog op het verhogen van de doelmatigheid en of ze bijdragen tot 4 strategische doelstellingen, namelijk: productiviteitsgroei, duurzame groei, digitale transitie en strategische autonomie. Steun wordt ook meer gericht op strategische sectoren met veel toekomstpotentieel en die bijdragen aan strategische onafhankelijkheid. Sectoren die worden vermeld zijn onder meer duurzame energie, biotechnologie, digitale technologie, ruimtevaart, chipindustrie, havens en defensie-industrie. Het is echter nog vaag hoe de regering dit precies wenst vorm te geven en welke implicaties dit heeft voor bestaande steuninstrumenten.

Het is belangrijk dat dit ook kadert in een goed doordacht en geïntegreerd industrieel beleid. Mede op vraag van Voka wordt industrie voor de eerste keer erkend als een belangrijke nieuwe bevoegdheid binnen de regering. Het is een sterk signaal dat het industriebeleid wordt toegewezen aan de minister-president, die tevens de bevoegdheden Economie, Innovatie en Buitenlands Beleid (o.a. Flanders Investment & Trade) combineert.

2. Werk

De activering van werkzoekenden en niet-beroepsactieven wordt versterkt en uitgebreid met als doel de 80% werkzaamheidsgraad zo snel mogelijk te bereiken en te overschrijden. Leefloners, langdurig zieken en werklozen kunnen daarin worden verplicht om vanaf dag 1 in te gaan op opleidingen Nederlands of knelpuntopleidingen. De VDAB wordt daartoe hervormd en afgeslankt zodat ze performanter wordt in de uitvoering van haar kerntaken met een versterking van het aandeel bemiddelaars.  

De ambitie rond interregionale mobiliteit wordt verhoogd zodat meer Walen en Brusselaars in Vlaanderen aan de slag gaan. Op vlak van economische migratie wordt de doorlooptijd voor de single permit verkort en onderzoekt men een fast lane voor referentenbedrijven. De knelpuntberoepenlijst voor middengeschoolden wordt opnieuw bekeken.  

Het belang van opleiding voor de productiviteit van ondernemingen wordt erkend, maar concreet blijft een grote hervorming uit. Het gemeenschappelijk initiatiefrecht in het Vlaams Opleidingsverlof wordt verankerd en men bekijkt de mogelijkheid om opleiding te ondersteunen in de vorm van een IBO na aanwerving. Het valt evenwel nog af te wachten of hier ook de nodige budgetten tegenover zullen worden geplaatst. De Vlaamse regering bepleit de afschaffing van de Federal Learning Account (FLA).  

3. Onderwijs

De onderwijskwaliteit wordt verbeterd met een belangrijke rol voor de onderwijsinspectie die kijkt wat goed werkt en wat niet. Waar nodig worden scholen aangezet tot verbetering. Er komen minimumdoelen voor het lager onderwijs waarbij de klemtoon wordt gelegd op Nederlands, wiskunde en STEM. Tot slot wordt er gerationaliseerd in het onderwijsaanbod om te kleine studierichtingen efficiënter in te richten. 

Met het oog op een betere studieoriëntering heeft de regering de ambitie om de Talentcenters - waarmee Voka heeft gepionierd - over heel Vlaanderen uit te rollen. Vanaf 16 jaar wordt voorzien in verschillende kwalificerende leerwegen zoals het bedrijfsleven of het volwassenenonderwijs.  

Duaal leren wordt versterkt en flexibeler gemaakt zodat scholen en bedrijven niet afhaken. Er wordt gekeken of duaal leren in het hoger onderwijs mogelijk is. Ondernemingen krijgen een belangrijke rol in het technisch en beroepsonderwijs om leerlingen, scholen en bedrijfswereld dichter bij elkaar te brengen. Hybride professionele carrières tussen onderwijs en bedrijfswereld worden gestimuleerd, ook door meer samenwerking over de onderwijsnetten heen.  

Voka vindt het een goede zaak dat de bevoegdheden Onderwijs en Werk in handen komen van één minister, wat mogelijkheden geeft voor een betere wisselwerking tussen onderwijs en ondernemingen.

4. Ruimte voor bedrijvigheid

 Zoals Voka keer op keer heeft herhaald, vraagt een dynamische economie een dynamisch en flexibel ruimtelijk antwoord.  

De Vlaamse regering wil inzetten op het voorzien van ruimte voor bedrijvigheid door het activeren van slapende terreinen, economische reconversie en herbenutting van het bestaande aanbod. En waar het op punt zetten van het bestaande aanbod niet volstaat of in functie van de versterking van onze economische polen, zal bijkomend ruimte voor bedrijvigheid worden gecreëerd. Voka waakt ervoor dat die noodzakelijke ruimte ook effectief gerealiseerd wordt.  

Ook hier wil de Vlaamse regering werken met planologische compensaties. Zoals Voka aangeeft in haar memorandum, is zo’n compensatie noodzakelijk zodat het verlies van slecht gelegen en lang verlaten industriegebieden kan worden gecompenseerd.  

5. Robuuste en rechtszekere vergunningen

Onder impuls van Voka, erkent de Vlaamse regering dat vergunning- en adviesverlening kerntaken zijn. Een commissie van experten krijgt de opdracht om, samen met het middenveld, in het eerste jaar van de legislatuur werk te maken van een actieprogramma om de vergunningverlening te verbeteren. De focus ligt op snellere rechtspraak voor belangrijke projecten, een grotere rol voor wetenschappelijk onderzoek, constructievere en oplossingsgerichtere inspraak en het tegengaan van misbruik van procedures en bezwaarmogelijkheden.  

De regering engageert zich ook om met één stem naar de ondernemingen te spreken en geen tegenstrijdige adviezen meer af te leveren. De gemiddelde doorlooptijd bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen wordt ingekort van 1 jaar naar 9 maanden. Deze prioriteiten stroken met de beleidsvoorstellen uit het Voka-memorandum.  

Ten slotte maakt de nieuwe regering ook werk van een goede uitrusting van de vergunning- en adviesverlenende instanties, met het oog op kwaliteitsvolle advisering en zorgvuldig onderbouwde vergunningen.  

6. Milieu

De Vlaamse regering zet het huidige stikstofbeleid onverminderd verder. Dit is cruciaal voor Voka, zodat een nieuwe vergunningstop te allen tijde wordt vermeden. Parallel voert de Vlaamse regering juridisch en wetenschappelijk onderzoek naar een nieuw emissiebeleid dat in werking treedt in 2031. De rechtszekerheid moet hierbij steeds verzekerd zijn.  

Vlaanderen haalt de doelstellingen uit de Kaderrichtlijn Water en de Nitraatrichtlijn niet. De Vlaamse regering erkent dat een vergunningenstop absoluut moet vermeden worden, daarom dat een doelfasering zal worden aangevraagd bij de Europese Commissie in het kader van een verbeterstrategie om de doelstellingen zo snel als mogelijk te behalen. Om dit uit te bouwen wordt er een combinatie van (bron)maatregelen opgemaakt. Er wordt een rechtszeker kader opgesteld voor het lozen van micropolluenten, waarbij rekening zal gehouden worden met de kosten-baten. Men zal eveneens een actieplan opstellen om de negatieve impact van pesticides op het leefmilieu te verminderen. Daarnaast worden alle wederzijds afgesproken maatregelen in het kader van het mestactieplan (afgesproken tussen landbouw-, milieu- en natuurorganisaties) uitgevoerd tegen uiterlijk 2025. Bijkomende maatregelen zullen genomen worden als dit nodig blijkt te zijn uit de monitoring. Tot slot wordt het investeringstempo in de aanleg van riolering en waterzuivering verhoogd.  

De Vlaamse regering zet het beleid rond zeer zorgwekkende stoffen verder. De aanbevelingen van de parlementaire onderzoekscommissie PFAS-PFOS blijven een leidraad. De Vlaamse regering maakt rechtszekere, technisch haalbare en op aanvaardbare risico’s gebaseerde normen op voor bodem, water en lucht. Daarnaast wordt er werk gemaakt van een gebiedspecifieke en kostenefficiënte risico-gebaseerde aanpak die een werkbaar evenwicht vormt tussen bescherming van mens en milieu, bescherming van strategische sectoren, milieuwinst en maatschappelijk verantwoorde uitgaven. Voor Voka zijn dit belangrijke randvoorwaarden voor een evenwicht tussen economie, milieu en volksgezondheid. 

7. Energie- en klimaattransitie

De Vlaamse regering wil werk maken van een taxshift die gradueel elektriciteit goedkoper moet maken ten koste van fossiele brandstoffen om elektrificatie – ook binnen de industrie – te stimuleren. Onder impuls van Voka wordt een nieuw financieringsinstrument gebaseerd op ‘contracts for difference’ ingevoerd om de industriële transitie te stimuleren, evenwel pas na evaluatie van het pilootproject en na een benchmarking met de buurlanden. Ook is het niet duidelijk welk budget hiervoor voorzien wordt. 

Om de energie-intensieve industrie competitief te houden, blijft de compensatie indirecte emissiekosten behouden tot 2030, wat essentieel is. Steun voor nieuwe technologieën, zoals waterstof of carbon capture and storage of utilisation (CCS/U) worden onderzocht. Er zijn hier echter nog geen middelen voor vrijgemaakt. 
 
Voka vindt het een juiste keuze om de Vlaamse klimaatdoelstellingen 2030 te handhaven en niet te verhogen zonder dat er concrete maatregelen tegenover staan. Vlaanderen engageert zich ook om met alle overheden in ons land mee te werken aan een interfederaal energiepact voor een energievisie op lange termijn. Minder positief is de opgenomen ambitie om de PV-verplichting uit te breiden naar kleinere verbruikers en vast te houden aan de krappe deadline van juni 2025 voor grote verbruikers. Er wordt wel meer flexibiliteit beloofd voor alternatieve vormen van hernieuwbare energie die in aanmerking komen voor de PV-verplichting. De steun voor hernieuwbare energie blijft verder beperkt, terwijl de doelstellingen wel opgeschroefd worden.  

8. Mobiliteit en openbare werken

Voka vroeg de Vlaamse regering om structureel meer te investeren in het onderhoud en de ontwikkeling van onze vervoersinfrastructuur en dit voor alle modi. Deze boodschap werd duidelijk goed begrepen. Het op peil houden van onze infrastructuur is als een basisbeginsel weerhouden. In het eerste jaar van de regeerperiode zal een geïntegreerd investeringsplan worden goedgekeurd met een horizon van vijf jaar en een duidelijke keuze van projecten die zullen worden uitgevoerd, al dan niet legislatuuroverschrijdend. Grote projecten worden in een meerjarig perspectief opgenomen met een horizon van minstens 10 jaar.  

Er wordt een geïntegreerde aanpak gehanteerd over de modi heen. De Vlaamse havens worden ondersteund in de uitbouw en het beheer van de maritieme basisinfrastructuur. 

Op het vlak van modal shift gaan we bij Voka voor het inzetten op de meest geschikte modi. Modal shift mag immers geen doel op zich zijn. Een voor velen geschikte modus bij het personenvervoer is de fiets. Het aandeel van de fiets in de modal shift neemt jaarlijks toe met nog veel groeipotentieel door de elektrificatie van de fiets. Dat er verder gericht wordt ingezet op fietsinvesteringen vinden we dan ook positief. Ook voor het woon-werkverkeer ligt hier nog potentieel. Het openbaar vervoer wordt versterkt en krijgt extra geld voor bussen en trams. De Lijn krijgt meer vrijheid en meer geld, maar de kostendekkingsgraad, klantentevredenheid en productiviteit moeten omhoog. Een faire verwachting die ook Voka vooropstelde. 

Bij het goederenvervoer wordt bekeken hoe de investeringen in binnenvaart maximaal kunnen renderen met aandacht voor de verdere ontwikkeling van binnenvaarthubs en gedeelde overslagplaatsen. De nodige planningsinitiatieven worden opgestart om meer ruimte te creëren voor pijpleidingen. In de zeehavens wordt volop ingezet op combimobiliteit en een betere bereikbaarheid via alle modi. Het containervervoer per spoor wordt nieuw leven in geblazen. Voor Voka belangrijke stappen richting een succesvolle modal shift. 

Wat betreft de vergroening van mobiliteit zal Vlaanderen niet strenger zijn dan de Europese doelstellingen. De verdere uitrol van elektrische laadpunten wordt ondersteund en drempels die de transitie bemoeilijken worden zoveel mogelijk wegwerkt, zoals door Voka gevraagd. Voor inplanting van nieuwe laadinfrastructuur wordt gekeken naar strategische locaties. We betreuren evenwel de afschaffing van de vrijstelling van BIV en verkeersbelasting voor nieuwe zero-emissie voertuigen, die de kostprijs van deze voertuigen negatief beïnvloedt door de prijskloof met fossiele voertuigen te vergroten. 

Zowel in de havens als langs de binnenwateren wordt de uitbouw van een walstroomnetwerk gefaciliteerd. Er wordt ook ondersteuning voorzien via oproepen met focus op container- en passagiersvaart. 

9. Welzijn en gezondheid

De Vlaamse regering wil voor elk kind een plaats in de kinderopvang voorzien en kijkt daarbij onder meer naar samenwerking met bedrijven om deze plaatsen te realiseren. Voka apprecieert de aandacht voor flexibele en kwaliteitsvolle kinderopvang zodat medewerkers zorgeloos werk en gezin kunnen combineren. Het blijft onzeker met welk ambitieniveau de Vlaamse regering het tekort aan plaatsen wil opvangen. De globale indexering van het groeipakket zal weinig middelen voor investeringen in kinderopvang, gehandicaptenzorg of jeugdzorg overlaten.  

De Vlaamse regering zet in op het hervormen van de arbeidsmarkt in welzijn- en zorg door zorgprofessionals te laten focussen op hun kerntaken en een flexibel personeelskader. Hoewel het regeerakkoord de regel- en administratieve last aanpakt, blijft er weinig ruimte voor ondernemerschap en innovatie. Voor Voka zijn meer ondernemerschap en innovatie essentieel om de groeiende zorgvraag binnen begroting aan te pakken. Publiek-private samenwerkingen en innoverende zorgmodellen helpen om voldoende plaatsen in ouderenzorg te garanderen en de wachtlijsten in gehandicaptenzorg weg te werken. Diepgaande hervormingen van het welzijns- en gezondheidslandschap blijven voorlopig uit in het regeerakkoord. 

10. Ondernemersvriendelijke overheid

De Vlaamse regering streeft richting een ondernemers- en kmo-vriendelijke overheid. Om dit te realiseren wordt er sterk ingezet op meer rechtszekerheid en het verminderen van de regeldruk en administratieve lasten. Onder leiding van de minister-president komt er een traject in alle beleidsdomeinen om te zoeken naar welke regels vereenvoudigd of geschrapt kunnen worden. Dit moet uiterlijk eind 2025 resulteren in concrete vereenvoudigingsvoorstellen. Administratieve vereenvoudiging en vermindering van de regeldruk worden bovendien opgenomen als een aparte KPI binnen de aansturing van de verschillende overheidsentiteiten. Steuninstrumenten worden eveneens vereenvoudigd en de focus komt meer te liggen op de doelmatigheid van de steun. Voor nieuwe regelgeving wordt er een kmo-reflex ingebouwd.   

Zoals ook door Voka gevraagd, heeft de Vlaamse regering het plan om meer te wegen op de Europese besluitvorming en zal men de Vlaamse regelgeving beter afstemmen op het Europese kader. Dit is essentieel gezien op Europees niveau de focus volop op competitiviteit komt te liggen. Vlaanderen moet zijn beleid hierbinnen maximaal ontwikkelen en aansluiting zoeken bij de competitiviteitsinitiatieven van de EU. De nieuwe regering zal met de Europese instanties in gesprek gaan om systemen zoals een programmatische aanpak of regiospecifieke oplossingen mogelijk te maken. 

Rechtszekere overheidsbeslissingen zijn een horizontale doelstelling over alle bevoegdheden. Het principe van no gold-plating en het ‘only-once’-principe zal men blijven bewaken in elk beleidsdomein.  De Vlaamse regering zal eveneens werk maken van een grondig kerntakendebat. Elke minister zal tijdens de volgende legislatuur ook de belangrijkste uitgaven heroverwegen (spending review). Indien hieraan vervolgens ook acties gekoppeld worden, zet de Vlaamse regering weloverwogen stappen naar een slankere, performante overheid. Er wordt ook een overheidsbreed digitaliseringsprogramma – Vlaanderen Radicaal Digitaal III -opgestart om zowel de efficiëntie als de digitale dienstverlening van de overheid te verbeteren. Dit zijn duidelijke vragen van Voka.

 

imu - vzw - bebat
imu -vzw - groep maatwerk
imu - vzw - brussels airport