Overslaan en naar de inhoud gaan
Map
  • Nieuws
  • ‘Aantal telewerkers en veelrijders bepaalt kost van elektrisch rijden’

‘Aantal telewerkers en veelrijders bepaalt kost van elektrisch rijden’

  • 12/04/2024

Op basis van z’n DNA de volgende stappen in zijn mobiliteitstraject voorbereiden en richtlijnen vastleggen: die weg moet een bedrijf volgens TCOFLEET opgaan bij de huidige evolutie op vlak van mobiliteit en elektrificatie. CEO Bartje Van Gastel adviseert sterk om vakspecialisten in te schakelen om de total cost of ownership zo duidelijk mogelijk te maken. ‘Want zo kunnen financieel én ecologisch gezien de beste beslissingen worden genomen’, zegt hij.

Sinds vorig jaar zet de elektrificatie van het nieuwe wagenpark zich in ons land nadrukkelijk door, onder meer dankzij fiscale stimuli voor elektrische bedrijfswagens en de overheidspremie bij de aankoop van een nieuwe of tweedehandse elektrische auto. ‘Die transitie was al ingezet bij de invoering van de Europees opgelegde WLTP-norm. Dit was nefast voor de fiscale aftrekbaarheid bij voertuigen met hogere CO2-uitstoot, waardoor een bedrijfswagen met verbrandingsmotor vanzelf duurder werd’, schetst Bartje Van Gastel. ‘De premie voor de aankoop van een elektrische auto is een voorbeeld van hoe de overheid ons zo snel mogelijk de weg naar energieneutraal rijden wil opsturen. Dat is toe te juichen. Al mag ze niet uit het oog verliezen dat die vergroening inspanningen vergt van bedrijven. Financieel, maar ook naar infrastructuur en mentaliteitswijziging.’

Belangrijk deel in dit verhaal is het typisch Belgische fenomeen van de bedrijfswagen. ‘In België beschouwt de bestuurder zijn bedrijfswagen als eigen wagen. De hr-manager concentreert zich op employee happiness, terwijl de CFO vooral kosten onder controle wil houden. Het is aan het management om een goed evenwicht hierin te vinden, rekening houdend met alle aspecten’, aldus de CEO van TCOFLEET. ‘Switchen naar elektrisch rijden is dus ook inspelen op een gevoelskwestie. Dat vraagt meer dan louter een laadpaal installeren. Daarom is het belangrijk om een stappenplan op te stellen op basis van je bedrijfs-DNA. Wie zijn veelrijders in je bedrijf? Hoe ga je om met telewerk en hoe beïnvloedt dat de mobiliteit? Installeer je al dan niet laadpalen bij de bestuurder thuis? Zulke praktische zaken in kaart brengen, helpt je om de juiste beslissingen te maken.’

VAN AANKOOPWAARDE TOT STROOMPRIJS

Bij het bepalen van de total cost of ownership (TCO, red.) zijn veel parameters van belang, onderstreept Bartje Van Gastel. ‘Dat gaat van de aankoopprijs van het voertuig over de kosten voor banden, onderhoud en verzekering tot het verbruik. De aankoopprijs van de wagen is het element dat het zwaarst doorweegt in de TCO. Doorgaans is een elektrische wagen qua catalogusprijs duurder dan een wagen met verbrandingsmotor. Al wordt de elektrische wagen steeds toegankelijker dankzij nieuwe spelers op de markt. Daarom is het interessant om naar de kost over de gehele looptijd te kijken. Bij een elektrische wagen is het moeilijker in te schatten hoeveel je zal betalen per kWh, aangezien de prijzen zeer uiteenlopend kunnen zijn. De verplichte weergave van prijs/kWh op het publiek laadstation zal deze fluctuaties wat in bedwang kunnen houden. De oplaadkeuze en rijstijl van de bestuurder blijven evenwel de grootste factoren’, benadrukt hij. ‘Uitsluitend snelladen of een sportieve rijstijl kunnen een nefast effect hebben op de TCO van een elektrische wagen. Naast de budgettering zijn sluitende nacalculaties een belangrijke pijler bij het opnieuw evalueren van je budgetcategorieën.’

Het mobiliteitsbudget, waarbij een werkgever z’n medewerkers een budget ter beschikking stelt om hun mobiliteit naar eigen wens te kunnen invullen, is volgens hem een manier om die volatiliteit deels bij de werknemer te leggen. ‘De fiscale spelregels waren altijd al complex en zijn op korte termijn verschillende keren gewijzigd. Dit maakt het verre van evident om een sluitend plan uit te werken’, klinkt het. ‘Natuurlijk hangt veel af van welke wagens je vergelijkt. Tot voor kort waren elektrische modellen moeilijker te vergelijken met traditionele brandstofwagens op vlak van omvang en type. Intussen zijn de elektrische stationwagens in opmars. In België zijn imagobewuste bedrijven doorgaans nog gevoelig aan Europese merken. De transitie naar elektrisch rijden brengt nieuwe, Chinese spelers mee die de markt beïnvloeden. Ook deze verschuiving en de mogelijkheid om nieuwe merken aan te bieden bij de werknemers kan een bedrijf meenemen in z’n aanpak.’

INZICHT OP BASIS VAN DATA

Als deel van de internationale Fleetcompetence Group berekende TCOFLEET het afgelopen jaar al van 470.000 voertuigen de TCO. Aan de hand van actuele data biedt het onafhankelijke inzichten aan fleetmanagers voor het beheer van hun wagenpark. Daarvoor stelt het ook tools ter beschikking zoals de Mobility Calculator, die niet alleen de TCO berekent. ‘Sommige bedrijven geven aan naar een nuluitstoot te willen evolueren. Hen kunnen we een onderbouwde berekening bezorgen van hoe hoog die blanco cheque kan oplopen. De context verandert ook snel. Onze kennisdatabank kan bedrijven helpen om zelfredzamer te worden’, geeft Bartje Van Gastel nog aan. ‘Bedrijfsmobiliteit draait om samenwerking tussen hr en finance, waarbij elke verandering gefundeerd moet zijn én geregistreerd moet worden. Toch stellen we vaak vast dat men door toename van de mobiliteitsopties het overzicht is kwijtgeraakt. Dit heeft niet alleen een financiële impact, maar beïnvloedt ook de ecologische voetafdruk. Met de CSRD-richtlijn in aantocht, is dit zelfs voor de kleinste ondernemingen van belang. Want in hun rol als leverancier zullen ook zij hun steentje moeten bijdragen aan klimaatneutraliteit bij grote spelers.’

www.tcofleet.be