Farmatopman Paul Stoffels
Als chief scientific officer en vicevoorzitter van het uitvoerend comité van Johnson & Johnson, was baron Paul Stoffels tot voor kort een frequente gebruiker van Luchthaven Antwerpen. Na zijn glanscarrière bij J&J wordt hij nu de nieuwe CEO van het Mechelse biotechbedrijf Galapagos. ‘In mijn rol bij J&J heb ik de Antwerpse luchthaven vijftien jaar lang regelmatig gebruikt voor zakenreizen’, zegt de farmatopman. ‘Niet alleen om vergaderingen te kunnen bijwonen op het hoofdkantoor van de groep in Amerika, maar ook met het oog op afspraken in vestigingen in Afrika, Europa en het Midden-Oosten. Vooral de flexibiliteit die Luchthaven Antwerpen me daarbij steeds heeft geboden, was erg belangrijk. Met 55.000 medewerkers is J&J een van de grootste farmabedrijven wereldwijd. Bij het aansturen van een groep van die omvang is elk uur van belang. Dan was het meer dan handig om vanuit de vestiging in Geel te kunnen terugvallen op een luchthaven dichterbij de Kempen. Op het eerste gezicht ligt de luchthaven van Brussel misschien niet zo veel verder, maar qua tijdsbesparing maakt dat wel een wezenlijk verschil. Ook in mijn nieuwe rol zal Luchthaven Antwerpen me ongetwijfeld weer helpen om me vlot te kunnen verplaatsen voor businessmeetings elders in Europa.’

Vastgoedondernemer Eric Verbeeck
Ook voor de Antwerpse zakenman Eric Verbeeck staat de waarde van Luchthaven Antwerpen buiten kijf. ‘Gelijkaardige regionale luchthavens zoals Eindhoven versterken het omliggend economisch weefsel. Waarom zou dat niet kunnen in Antwerpen? Een economische topregio met een wereldhaven moet ook via de luchtvaart op goede verbindingen kunnen terugvallen. En niet alleen wegens de vaak moeilijke mobiliteit tussen Antwerpen en Brussel. In het bedrijfsleven is het nu eenmaal vaker nodig dat je op een voormiddag over en weer naar Londen kan, om twee belangrijke meetings te combineren’, zegt de bestuurder van uiteenlopende topbedrijven. ‘De grote flexibiliteit bij vluchten vanop Antwerpen biedt veel tijdswinst, wat zeker in het zakenleven een groot voordeel is. In Zaventem kan je dat nooit vinden, omdat zakenvluchten daar nu eenmaal in een veel groter schema moeten worden ingepast. In die zin is er voor Antwerpen zelfs een rol weggelegd om Zaventem te ontlasten, net zoals Oostende dat op vlak van cargo kan. Daarnaast hebben kortere chartervluchten naar toeristische locaties of bestemmingen die voor de Antwerpse gemeenschap belangrijk zijn, ook zeker hun plaats hier. Mits een goede ontsluiting van de luchthaven kan zo’n aanbod zelfs reizigers tot in Breda aanspreken.’
