Brabander Patrick Molemans werd destijds door investeringsmaatschappij GIMV uitgekozen om Grandeco (350 medewerkers, wereldwijde omzet) in goede banen te leiden. Met succes. Het bedrijf is al jaren incontournabel in de wereld van muurdecoratie, met de vestiging in Tielt als epicentrum en verder 6 buitenlandse filialen en vertegenwoordigers in bijna 90 landen. Innovatie is de rode draad die Grandeco jaar in jaar uit naar hogere sferen stuwt, onder de vleugels van private-equityspelers. Zopas werd een wereldprimeur gelanceerd: virusdodend behangpapier.
Voka lanceert rond deze tijd de campagne ‘Goede Zaken’. Bedoeling is om een frisse wind te laten waaien door de berichtgeving over de bedrijfswereld. Grandeco past perfect in het plaatje. Alles gaat naar wens?
“Het gaat zeer goed. Dat klinkt als een evidentie, maar dat is niet het geval. In onze sector en in onze markt gaat het immers allerminst goed. Dat is vooral het gevolg van de krimpende afzetmarkten en de grote concurrentie. Onze conculega’s maken ofwel verlies, ofwel stoppen ze, ofwel zien ze hun productiecapaciteit danig terugvallen. Wij varen met Grandeco tegen die stroom in.”
Wat zijn de belangrijkste verklaringen?
“Ik zie daarvoor 6 factoren. Eén: commerciële focus, zowel in onze key countries (Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Duitsland) als in nieuwe markten zoals Zuid-Amerika of India. Twee: onze buy and build-strategie. Door te kopen en te groeien zijn we nu de op 2 na grootste Europese speler. Ten derde: operationele efficiëntie in de hele organisatie, en dat via rendementverbeterende investeringen en procesautomatisaties. Vier: zoals elk bedrijf moet doen, kiezen ook wij voor een verregaande digitale transformatie. Digitaal printen bijvoorbeeld betekent een revolutie, net als het automatiseren van heel wat bedrijfsprocessen. Ten vijfde: de keuze voor duurzaamheid, zowel bij de aankoop van grondstoffen als bij het productieproces en bij de eindproducten. Alles wordt getoetst aan de milieufactor. En ten slotte: innovatie, met de lancering van een handvol nieuwe producten per 12 maanden.”
We zetten sterk in op duurzaamheid, zowel bij de aankoop van grondstoffen als bij het productieproces en bij de eindproducten.
Zijn er zaken waar u toch nog wakker van ligt?
“Jawel hoor. Dat geldt vooral voor de basisstrategie. Vandaag heeft Grandeco 2 pijlen op de boog staan: 80% van de business heeft te maken met behang in al zijn vormen, 20% is afkomstig van de decoratieve panelen. Maar zijn we daarmee een totaalaanbieder in de sector van de binnenhuisaankleding? Neen. Het moet in onze ambitie liggen om de focus veel breder open te trekken dan nu het geval is. Ik denk bijvoorbeeld aan een product als canvas, aan verfproducten of aan andere muurdecoratieproducten. Er is ook nog een andere bekommernis: we zijn vandaag nog iets te veel een volumespeler, actief in het hogere middensegment van de markt en met te weinig upscale aanbod. Samengevat: ja, er is nog werk aan de winkel.”
Grandeco is wereldwijd een marktleider. Iets om fier op te zijn. De vraag die zich dan opdringt is: hoe blijf je dat?
“Ik zei het al: in deze sector zijn de hoogdagen voorbij. Globaal genomen is de markt in 10 jaar tijd quasi gehalveerd. Veel strategische keuzes zijn er helaas niet in dergelijke context. Ik denk dat op overnames jagen in ons geval de beste strategische optie is. We hebben dat al bewezen de voorbije jaren en zullen dat ook blijven doen als er opportuniteiten op onze weg komen.”
Zou u ook gaan voor een minder rendabel bedrijf waar zelfs een turnaround moet worden gerealiseerd?
“Dat hebben we al gedaan, zoals recent in Polen met de overname van een klein productiebedrijf dat rode cijfers liet optekenen. Maar we hebben er geen spijt van. Als een bedrijf winstgevend is, des te beter. Maar voor ons is het groeipotentieel hét belangrijkste. In het geval van de Poolse overname kijk je dus naar het marktpotentieel, en in Polen was dat voldoende groot.”
U pakt rond deze tijd uit met een baanbrekend product: het eerste virusdodende muurbehang, een wereldwijde primeur. De innovatieve coating slaagt erin om virussen, bacteriën en schimmels op een mechanische manier uit te schakelen.
“Dat behangpapier is het resultaat van diepteonderzoek. In welke sector je ook actief bent, je moet zorgen dat je anders bent en meer te bieden hebt dan je concurrenten. Dat was onze ambitie van bij het begin. Samen met het Waalse bedrijf Sichem zijn we op zoek gegaan naar dit baanbrekende product. Het grote verschil met wat er op de markt is, blijft het feit dat ons aanbod niet het resultaat is van een chemisch proces. We merken nu al dat er enorm veel belangstelling komt vanuit diverse hoeken: de horeca, de bedrijfswereld, speelruimten voor kinderen, scholen, enzovoort. Wie wil dat niet?”
Wat met een slimme Chinees die klakkeloos kopieert?
“Uiteraard is onze uitvinding gepatenteerd, wereldwijd dan nog. Sowieso hebben wij nu de voorsprong op de markt. Geen enkele Chinese of andere partij kan ons die voorsprong van jaren afnemen.”
Hoe ziet jullie designteam eruit?
“Dat team is ongeveer 15 personen sterk en is cruciaal in ons verhaal. Het wordt met een dubbele opdracht het veld ingestuurd. Ze moeten de polsslag van de markt aanvoelen. Daarom werken we ook liefst met locals. Elke markt heeft zo zijn eigen bijzonderheden: in Frankrijk leven er andere verwachtingen dan in Engeland. Verder moeten de designers voortdurend kunnen inspelen op nieuwe tendensen, trends of modefenomenen. Ik besef maar al te goed dat je die opdracht nooit helemaal alleen kan klaren. Daarom wordt altijd en overal ook in dialoog gegaan met de retailers die als geen ander de consumenten aanvoelen.”
Wat is de beste manier om tot innovatie te komen, denkt u?
“Ik ben een onvoorwaardelijke believer van cocreatie. Je kan weinig alleen. Hier geldt het onvoorwaardelijke principe: creatie en productie doen we in eigen huis, innoveren doen we in samenwerking met de buitenwereld. We doen onderzoek naar wie de beste partners kunnen zijn. Ik kan u verzekeren: de mogelijkheden zijn legio, quasi onbeperkt. Als manager van dit huis stoppen wij ook de nodige tijd in die zoektocht, altijd in het belang van onze basisstrategie: luisteren naar de markten en beter zijn dan wat de anderen bieden.”
Grandeco is historisch gegroeid bij Balta. Nu wordt dit bedrijf al jaren gecontroleerd door private equity (55% via Down2Earth, 35% GIMV, 10% het management). Hoe kijkt u daarnaar?
“Laat ons daar niet flauw over doen. Private- equityspelers zoeken groei, maar zoeken finaal ook altijd een koper voor hun belang. Ooit moet dit bedrijf dus opnieuw in andere handen terechtkomen. Maar in deze fase wil Grandeco dus nog opteren voor groei: zelf eten, om later opnieuw opgegeten te worden.”
Creatie en productie doen we in eigen huis, innoveren doen we in samenwerking met de buitenwereld.
Heeft het u verrast dat GIMV, toch jarenlang de vaste verankeraar, in 2020 een groot pakket aandelen verkocht?
“Niet echt. Alles is in volle transparantie verlopen. Toen ik in 2014 instapte, hield ik rekening met een termijn van 3 tot 5 jaar. Maar zie, het is meer geweest. Weet u, in feite lig ik niet wakker van wie de hoofdeigenaar is. Ik zie immers de voordelen. In wezen wordt altijd verwacht dat wij de operationele leiding waarnemen en dat de strategie gezamenlijk wordt uitgestippeld. Die tweedeling blijft en is verrijkend. Wij gaan veel in gesprek met onze hoofdaandeelhouders, wie ze ook zijn. Dat gebeurt in een open debatcultuur. Dat is alleen maar verrijkend, zo leert de praktijk. Hoe sterker we samen zijn, hoe mooier de toekomst oogt van dit bedrijf, toch?”
Grandeco zou ook kunnen gaan voor een industriële partner in het kapitaal. Zou u dan niet meer dezelfde taal spreken?
“Ze hebben allebei hun voordelen en nadelen. Het klopt wel dat je met een industriële partner meer oog zou hebben voor de lange termijn, terwijl een private-equity-aandeelhouder toch eerder gericht blijft op de relatief korte termijn. Ooit zullen we wel bij zo’n industriële speler terechtkomen, vermoed ik zo. Nu worden we nog groot gebracht door ‘nonkel en tante’ (lacht).”
Laten we het tot slot even over de zoektocht naar goede medewerkers hebben. Elk bedrijf in de regio zoekt witte raven, maar vindt nog amper de beoogde versterking…
“Bij ons kunnen er meteen 25 mensen aan de slag. Doordat we ze niet vinden, laten we een pak kansen, omzet en business liggen. Bij de initiatieven om Mexicanen en Indiërs aan te trekken stel ik me de vraag of er zich geen communicatieprobleem kan voordoen. En ook: zijn er in eigen land niet voldoende mensen te vinden die momenteel niet actief zijn? De arbeidsgraad van de Belgen moet nog hoger. Let wel: we staan open voor elke oplossing. Grandeco heeft op vandaag al mensen met 22 verschillende nationaliteiten in dienst. We zijn momenteel een Hongaarse operator aan het opleiden, een echte meevaller. Hopelijk zal hij blijven. Dat zegt genoeg, hoop ik. Maar ik zie ook een ander en ook dieperliggend probleem op de arbeidsmarkt van vandaag. We stellen helaas te dikwijls vast dat nieuwe mensen te snel opgeven. Aanvankelijk staan ze te trappelen, maar al vlug gooien ze de handdoek in de ring.”
Heerst er vandaag de dag een andere cultuur in de relatie tussen werkgever en werknemer?
“Vroeger was er meer een cultuur van ‘opdracht geven en uitvoeren maar’. Nu moet je alles meer duiden en dat trachten we ook te doen. Op zeer regelmatige tijdstippen wordt tekst en uitleg gegeven over het hoe en waarom, of worden extra trainingen ingelast om de werknemers beter te maken.
Er wordt ook volop geluisterd naar de desiderata. Vroeger zei mijn vader altijd: ‘Als je hard genoeg werkt, zal je er ook voor beloond worden’. In die volgorde. Nu kunnen vooraf alle voordelen bij verschillende bedrijven afgewogen worden tegenover elkaar, en dat gebeurt ook zo. Wie werk zoekt, zit nu een beetje in de bevoorrechte stoel, want hij kan best vergelijken tussen wat de ene biedt en wat de andere te bieden heeft. Ook dat verklaart waarom het zo moeilijk is om te rekruteren. Ik blijf zelf altijd bij mijn standpunt: je moet goed kunnen verdienen als je werkt, en je moet beduidend minder verdienen of van de overheid krijgen als je niet wil werken. Waarom wordt daar beleidsmatig zo weinig aan gedaan?” (Karel Cambien - Foto’s Stefaan Achtergael)
Patrick Molemans
neemt met Grandeco deel aan de Voka-campagne ‘Goede zaken doen’. Want ondernemen is meer dan omzet draaien. Ondernemingen gaan de uitdagingen van vandaag en morgen aan, met nieuwe oplossingen en met nieuwe kansen. Zo doen ze goede zaken, voor iedereen. Meer info op www.voka.be/goedezaken.