Overslaan en naar de inhoud gaan
Map

Waarom de jobbonus nodig blijft?

  • 23/01/2024

Zet de jobbonus ook open voor Walen of Brusselaars om in Vlaanderen te komen werken. 

Met de regelmaat van de klok regent het kritiek op de Vlaamse jobbonus met forse pleidooien voor regelrechte afschaffing. Zo'n drastisch ingrijpen is niet wenselijk en niet nodig. Ondanks een licht stijgende werkzaamheidsgraad blijft het verdedigbaar om in te zetten op activeren en het toeleiden naar en dus ondersteunen van stappen naar werk. In plaats van het kind met het badwater weg te gooien, is een aanpak ten gronde aangewezen maar nog niet voor morgen.

Mismatch en krapte

De Vlaamse arbeidsmarkt doet het met een werkzaamheidsgraad van 76,9% in het derde kwartaal van 2023 behoorlijk, zeker in vergelijking met het nationaal gemiddelde van 72% waarachter een diepe kloof met Wallonië en Brussel schuil gaat. De arbeidsmarkt kenmerkt zich evenwel door mismatch en krapte die in het licht van de vergrijzing enerzijds en tal van veranderingen die zich voltrekken anderzijds, er niet kleiner op zullen worden. Dat het beleid in Vlaanderen ervoor kiest om binnen haar bevoegdheid vooral de aanbodszijde en dus minder de vraagzijde aan te moedigen, is een logische keuze. Het lineair verlagen van de last op arbeid is immers een federaal debat.

In tegenstelling tot de andere gewesten bevindt de reserve zich hoofdzakelijk buiten de traditionele werkloosheid. Zelfs als België zich aligneert op een gangbare praktijk van de omliggende landen met beperkte werkloosheidsuitkeringen in de tijd, zal het probleem van krapte niet eensklaps opgelost zijn. Het gros van de reserve bevindt zich immers hoofdzakelijk in andere stelsels zoals bijstand of langdurige ziekte waar activering een minder verplichtend, eerder voluntaristisch (en soms zelfs schijnbaar verboden) karakter heeft. 

Inactiviteitsval

Bovendien is de stap naar werk niet altijd zo ‘lonend’ en soms zelfs eerder ontmoedigend. Een graduele overstap van uitkering of tegemoetkoming in de vorm van een combinatie is wenselijk maar tot op vandaag in de regel niet mogelijk en is de transitie eerder binair: van niet werken naar werken.

De uitkering maakt plaats voor een loon en tegelijk vallen bepaalde afgeleide sociale voordelen weg zoals verlaagde vervoerstarieven, lagere tarieven kinderopvang e.a. Bijkomend moeten er soms ook kosten worden gemaakt om aan het werk te gaan met uiteraard als belangrijkste investering, de tijd die niet meer vrij te besteden is. Ziedaar de eerder gebrekkige activering en inactiviteitsval.

Prikkel naar werk

In een land van relatief hoge lasten op arbeid die door de snel oplopende progressiviteit bovendien nogal wat promotievallen uitlokt, is er meer dan één instrument nodig om dit alles te counteren. De jobbonus neemt vanuit een Vlaamse autonome bevoegdheid daarin haar plaats in en wil het werken lonender maken en zodoende (volgens critici op een te bescheiden manier) de prikkel naar werk vergroten. 

Een veel gehoorde maar onterechte kritiek is dat de jobbonus door zijn brede bereik, ondanks de voor 2024 voorziene 240 miljoen euro, nauwelijks een financiële peulschil is. In maximale termen bedraagt deze voor een individu straks 700 euro op jaarbasis. Dat dat door sommige wordt weggezet als financieel irrelevant is moeilijk te geloven tegen een achtergrond van moeizame, relatief bescheiden en felbevochten loonakkoorden (door die zelfde actoren die kritiek spuien op de jobbonus). De ene 100 euro is duidelijk de andere niet.

Complexiteit

Mag het meer zijn? Ja maar er zijn budgettaire grenzen binnen een Vlaamse begroting. Bovendien lost de jobbonus alleen de inactiviteitsval niet op maar wil deze net over de complexiteit van de inactiviteitsval een financiële bonus in het vooruitzicht stellen. Zo is het vandaag als individu, vertrekkende vanuit een bepaalde startpositie, schier onmogelijk om rechtszeker in te schatten wat het nettoresultaat is van aan het werk gaan. Die startpositie kan, mede bepaald door de gezinssamenstelling, bestaan uit een uitkering, leefloon, ziekte-uitkering of inkomensvervangende tegemoetkoming (al dan niet met integratietemoetkoming) dan wel dienstverlening zoals toegang tot sociale huisvesting. 

Het vraagt quasi hogere wiskunde om het financiële nettoresultaat te kennen van het definitieve inkomen uit arbeid na wegvallen van een uitkering, na betalen van sociale bijdragen, na personenbelasting, na verdwijnen van bepaalde al dan niet financiële voordelen enz. Uiteraard ligt de structurele sleutel van de inactiviteitsval in de werking van al deze mechanismen, gaande van huisvesting over vervoer naar kinderopvang en (para)fiscaliteit maar gezien de complexiteit en de verscheidenheid aan bevoegdheden, kan het nog lang duren eer dit is hervormd naar een coherent beleid. In tussentijd blijft de krapte bestaan en dus de nood om blijvend in te zetten op activering en het verkleinen van de inactiviteitsval.

Andere recepten

En wat dan met de promotieval? De jobbonus als schuldige aanduiden voor de promotieval is niet correct. De promotieval wordt vooral veroorzaakt door het federale mechanisme van de werkbonus die onder een bepaald inkomen mensen vrijstelt van werknemersbijdragen maar eens voorbij die grens razendsnel de progressieve druk opvoert. Door de verhoging van het minimumloon (onderhandeld door sociale partners) zonder de grenzen van de werkbonus aan te passen, komen mensen nog sneller in progressieve belastingen terecht met de gekende gevolgen. Van elke 100 euro extra wordt het gros meteen weer wegbelast.

Zowel de inactiviteitsval als de promotieval moeten worden bestreden maar vragen om andere recepten en mechanismen. De jobbonus heeft zijn plaats in het bestrijden van de inactiviteitsval als eenvoudige bypass op ingewikkelde financiële terugvallen indien men van inactiviteit naar werk gaat. Zoals elke maatregel is ook de jobbonus ongetwijfeld straks spek voor de bek van evaluatoren en onderzoeksteams die zullen moeten nagaan wat de impact of toegevoegde waarde hiervan is. 

Ongetwijfeld zullen er bijsturingen worden gesuggereerd. Eentje kunnen we alvast meegeven. Zet de jobbonus ook open voor interregionale tewerkstelling die een prikkel wil geven aan Walen of Brusselaars om in Vlaanderen te komen werken en focus eventueel sterker via een tijdelijke bonus op de stap naar werk.

Contactpersoon

Sonja Teughels

Senior Adviseur Arbeidsmarkt, Teamlead Talent

imu - vzw - Uzbrussel
imu - vzw - Altez