Overslaan en naar de inhoud gaan
  • Nieuws
  • Vlaanderen gaat aan de slag met contracts for difference

Vlaanderen gaat aan de slag met contracts for difference

  • 21/03/2024

Nog dit jaar organiseert het Agentschap Ondernemen en Innoveren (VLAIO) een pilootproject in de vorm van ‘contracts for difference’ om de industriële transitie naar low-carbon-processen in de Vlaamse basisindustrie te faciliteren. “Een belangrijke eerste stap om tot een broodnodig transitie-instrument voor de industrie te komen”, vindt Frank Beckx, directeur Kennis- en Lobbycentrum Voka.

De industrie is volop aan het inzetten op het verduurzamen van de productie. Het is daarbij een vaststelling dat nieuwe technieken zeer hoge additionele kosten met zich meebrengen ten opzichte van klassieke installaties, bijvoorbeeld door het gebruik van (duurdere) elektriciteit in plaats van (goedkoper) aardgas. Er is daarom meer nodig dan enkel investeringssteun om duurzame transitieprojecten in Vlaanderen te verankeren, waarbij ook operationele kosten in rekening gebracht worden. Voka lanceerde het idee voor een nieuw financieringsinstrument volgens het principe van ‘contracts for difference’ in februari 2022 in de Voka Paper ‘Naar een CO2-arme Vlaamse industrie’ (Voka Paper februari - Naar een CO2-arme Vlaamse industrie | Voka).

Onze buurlanden hebben dit goed begrepen en hebben voor miljarden aan steuninstrumenten opgezet. Nederland kent al jaren het SDE++-instrument, dat de ‘onrendabele top’ van decarbonisatie- en hernieuwbare energieprojecten ondersteunt. Denk daarbij aan technologieën zoals de vergroening van warmte via industriële warmtepompen of e-boilers, carbon capture and storage, gebruik van waterstof, …. Duitsland start dit jaar met “Klimaschutzverträge” of “klimaatbeschermingscontracten” in de vorm van ‘carbon contracts for difference’. Een eerste schijf van vier miljard euro steun wordt hiervoor vrijgemaakt. In totaal gaat het om 50 miljard euro de komende 15 jaar.

Het principe van ‘contracts for difference (CfD)’ zal nu ook in Vlaanderen voor het eerst toegepast worden. Het centrale idee is dat de overheid en de onderneming een engagement aangaan voor langere periode (10-15 jaar) om investeringszekerheid en rendabiliteit te garanderen door de kostengap tussen een klassieke en duurzame technologie te compenseren, waarbij er ook een terugvloei-effect naar de overheid mogelijk is indien rendabiliteit bereikt wordt. Door te werken met een veilingprincipe wordt gegarandeerd dat de ‘beste projecten’ in termen van emissiereductie tegen de laagste kost ondersteund worden.

We zijn tevreden dat Vlaanderen stappen zet om met contracts for difference aan de slag te gaan, maar er is meer nodig voor een volwaardig transitiebeleid.

Frank Beckx, directeur Kennis- en Lobbycentrum Voka

Concreet zal het pilootproject focussen op de vergroening van warmte, zeg maar het vervangen van een gasboiler door een elektrische boiler of een industriële warmtepomp. Er wordt een budget van 70 miljoen euro voorzien voor een periode van tien jaar. De oproep is vooral bedoeld voor ETS-bedrijven, maar wordt ook opengesteld voor niet-ETS bedrijven met een significante uitstoot (meer dan 10.000 ton/jaar CO2-uitstoot). Begin mei zou de oproep worden opengesteld en projecten kunnen ingediend worden tot eind augustus. De contracten zouden toegekend kunnen worden op het einde van het jaar.

Gezien het relatief beperkte budget, wordt verwacht dat een handvol projecten op deze manier ondersteund kan worden. Desalniettemin kan het afsluiten van deze contracten en het organiseren van een competitieve bieding, een schat van informatie opleveren om in de toekomst een volwaardig transitie-instrument uit te rollen. Voka is binnen Klimaatsprong (het samenwerkingskader tussen overheid en industrie voor de duurzame transitie) een sterke pleitbezorger van een vernieuwde financieringswijze met oog voor operationele kostenondersteuning.

“We zijn tevreden dat Vlaanderen stappen zet om met contracts for difference aan de slag te gaan, maar er is meer nodig voor een volwaardig transitiebeleid. De lessen die we hieruit leren, moeten we aangrijpen om volgende legislatuur een definitief en robuust transitie-instrument in te voeren. Daarvoor zal een bijkomend budget nodig zijn om een level playing field met de buurlanden te behouden. In eerste instantie kijken we hiervoor naar de middelen uit het Vlaams Klimaatfonds dat gespijsd wordt door de emissierechten die bedrijven betalen”, besluit Frank Beckx.

Contactpersoon

Yannick Van den Broeck

Adviseur Energie en Klimaat

imu - vzw - brussels airport
imu - vzw - bebat
imu -vzw - groep maatwerk