“Wanneer bij onze kernreactoren een mankement schuilt, is het kwaad geschied. De productie valt uit en we krijgen nationaal nieuws. Ook zo kunnen bedrijven het zich niet permitteren dat hun productie in het gedrang komt, laat staan dat er een milieuramp ontstaat of dat er menselijke ongevallen gebeuren.” Zo legt Christine Buelens, zaakvoerder bij METALogic, uit wat de noodzaak is van het bestaan van hun bedrijf gespecialiseerd in corrosie engineering. Zij begeleiden hun klanten in alle beslissende stadia van de levensloop van een installatie en verlengen die waar mogelijk op een veilige manier.
Tekst: Kelly Cuypers, foto’s: Berten Steenwegen
METALogic zag in 1991 het daglicht als spin-off van het Departement Metaalkunde en Toegepaste Materiaalkunde van de KU Leuven. Tijdens de beginjaren waren de activiteiten voornamelijk gericht op de ontwikkeling van software voor materiaalselectie en corrosiebeheersing in de industrie. Vanaf 1997 heeft METALogic zich omgevormd tot een hoogtechnologisch bedrijf, gespecialiseerd in, enerzijds, onderzoek naar materiaaldegradatiefenomenen en, anderzijds, de ontwikkeling van producten en diensten voor de opvolging van materiaaldegradatie. Materiaaldegradatie komt voor onder diverse vormen zoals corrosie, vermoeiing, breuken, enzovoort. Het werkingsgebied van het bedrijf gaat over heel België, maar ook internationaal bij verschillende filialen van multinationals vanuit de procesindustrie.
"Corrosie tegenhouden kan niet, onder controle houden wel. Dat moet ook, want een onverwachte shut down kost handenvol geld."
Na de chemie en petrochemie zijn de sectoren meer gediversifieerd geraakt naar intussen de automotive, de farmaceutische- en maakindustrie. De havens zijn wel hun habitat. METALogic kan stellen heel wat sectoren te kunnen dienen met zijn expertise. Maar ook openbare besturen komen bij de organisatie aankloppen, bv. omdat ze bij een sporthal plots roest zien ontstaan, of omdat het plafond van een zwembad inzakte. De aanvragen zijn ook minder voor de hand liggend, zoals bv. het testen van autolakken om de kwaliteitseisen te kunnen nastreven of het testen van blikjes of spaken. Of om de oorzaak van corrosie bij een kunstwerk of kapotte rail te vinden. “Alle metalen roesten, het is een kwestie van deze corrosieprocessen te bestuderen en op te volgen”, steekt Christine Buelens van wal.
Geen kans op falen
De klanten van METALogic moeten weten hoe ze met corrosie moeten omgaan. Het proces van degradatie vermijden kunnen ze niet, het onder controle houden wel. Een onveilige opslagtank of pijpleiding kan heel wat nefaste gevolgen hebben. Denk maar aan menselijke slachtoffers of een milieuramp. Binnen de bedrijfsomgeving kan het eveneens drastische gevolgen op productievlak hebben. De businesscontinuïteit komt in het gedrang. Een onverwachte shut down kost handenvol geld”, stelt Christine Buelens.
“Wij hanteren een specifieke methodiek: we bekijken de kans op falen en vermenigvuldigen die met het gevolg van falen. Een gevolg van een kapotte tank met water is minder risicovol dan bij een gevulde tank met zuren. Dat risico vormt het resultaat, wat uitmondt in een inspectieplan. Op de onderdelen met het grootste risico plannen wij de frequente inspecties in. Andere onderdelen dienen minder vaak geïnspecteerd te worden. Op die manier krijg je een optimaal inspectieplan om mogelijke grote schade of rampen te vermijden. Maar goed, situaties van vijftig jaar of langer geleden zijn gelukkig dan ook niet meer aan de orde. Deze preventieve manier van inspecteren staat haaks op hoe het wetgevende karakter het bepaalt, namelijk tijdsgebonden. Een opslagtank moet om de twintig jaar gecontroleerd worden, ongeacht welk product erin zit. Dat is niet erg logisch. Niemand wil een bedrijfsongeval op zijn teller hebben. Je werkt tot slot nog altijd met mensen.”
Heft in eigen handen
De overtuiging om het toch anders aan te pakken, ligt bij de bedrijven zelf. Deels dankzij de Seveso-richtlijn (Europese Richtlijn in voege gegaan in 1982, met betrekking tot de risico's van industriële ongeval) , deels omdat bedrijfsleiders hun huiswerk gemaakt hebben. “Ook bij kmo's lijkt het intussen in de bedrijfscultuur ingebakken om het veiligheidsheft in eigen handen te nemen. Het is belangrijk besef te hebben van het degradatie-fenomeen. Hoe beter je weet wat er precies kan mislopen, hoe beter je het kan beheersen”, aldus Christine Buelens.
"Het raakt meer en meer ingebakken in de bedrijfscultuur om het veiligheidsheft in eigen handen te nemen, ook bij kmo’s. Bedrijfsleiders maken hun huiswerk, want hoe beter je de risico’s kent, hoe beter je ze kan beheersen."
Enerzijds gaat METALogic aan de slag met corrosiestudies en inspectieplannen, anderzijds voert de onderneming in haar labo’s schadeanalyses, corrosie- en coatingtesten uit. Christine Buelens legt de werking verder uit: “Het gefaalde stuk wordt in ons labo binnengebracht om een grondige analyse te laten doorvoeren. Wij beschikken hiervoor over goed uitgeruste laboratoria. Zo kunnen we voor de klant de oorzaak van de schade achterhalen, een juist materiaal selecteren of daadwerkelijk tot het testen van het materiaal overgaan. De klant krijgt bovendien ook een advies naar remediëring of een aanbeveling van de levensduur van de installatie. Onze adviezen hebben altijd met integriteit te maken.”
“Bij de klant staan we veelal in contact met de technisch verantwoordelijke, de kwaliteitsmanager of onderhoudstechnici. In sommige bedrijven is het een persoon die meerdere functies opneemt, wat maakt dat hij expert moet zijn op vele vlakken De druk om corrosie-expert te zijn hoeft hij niet te hebben. Wij staan hem met de juiste analyses en advies bij.”
Link met de unief
METALogic is ontstaan als spin-off van de KU Leuven. De band met de universiteit – zeg maar het moederhuis – is er vandaag
nog steeds. “We geven er voordrachten om onze kennis te delen en werken mee aan onderzoeksprojecten om up-to-date te blijven met de wetenschap. Tegelijk kunnen we gebruik maken van hun gesofisticeerde apparatuur. De universiteit vaardigt ook stagiaires af, die wij hartelijk verwelkomen in ons midden. Voor onze medewerkers binnen R&D is het netwerk met de KU Leuven ook bijzonder interessant.”
Teambuilding na bedrijfsbrand
Zo sterk gefocust op veiligheid en preventie, brak er als een donderslag bij heldere hemel op 14 februari 2012 ’s nachts brand uit in het toenmalige bedrijf gevestigd op het industrieterrein van Haasrode. Alle alarmen gingen tegelijk af en de zaakvoerder besefte dat het noodlot had toegeslagen. Toen ze op het industrieterrein arriveerde, was een brand bij het aanpalende bedrijf overgeheveld en legde haar hele zaak in de as. Er restte alleen nog puin.
"Een week na de brand waren we terug operationeel. Die periode was in feite één grote teambuilding. We kwamen er sterker uit en ik ben dankbaar voor de drive en het enthousiasme waarmee alles terug werd opgebouwd."
Lang bleef het team niet bij de pakken zitten. Binnen een week kon het bedrijf zich weer operationeel noemen. Publicaties naar de pers lieten verstaan dat het bedrijf doorzette, een crisisteam werd aangesteld. Met twee kleine labo’s in een ander pand kon de capaciteit en de dienstverlening gewaarborgd blijven. Het hele jaar 2012 stond in het teken van de heropbouw. Christine Buelens blikt met een klein hartje terug: “Nu kunnen we alleen maar zeggen dat deze grootse teambuilding enorm geslaagd was. De drive die er heerste om alles van meet af aan weer op te bouwen, daar kan ik alleen maar dankbaar om zijn. Mijn medewerkers hebben fenomenale dingen gerealiseerd. Ondanks we door de brand een aantal vaste medewerkers zagen vertrekken, zijn we er sterker uitgekomen, al bij al.”
Maatregelen nemen
Nog meer met verstomming geslagen werd Christine toen ze het relaas van de bedrijfsbrand aan collega kmo-bedrijfsleiders vertelde. “Toen ik aan sommige vertelde dat we gered waren omdat een backup van al onze bestanden op een andere plaats bewaard werd, gaven sommige onder hen toe dat ze voor rampen zouden staan mocht het hen overkomen. In ons nieuwe gebouw gevestigd op het Wingepark van Rotselaar wordt het labo waar continu proeven worden uitgevoerd – dus 24/24 - met een camera via de smartphone van de laboverantwoordelijke gevolgd. Verder hebben we voldoende alarmsystemen ingebouwd om tijdig te signaleren en detecteren. We hebben onze les geleerd."
Verademing
De directie is zich verder ook helemaal bewust van de omgevingsfactoren, zeg maar het welzijn van het personeel. De mensen staan centraal, ze zijn je assets die je moet koesteren. “Na de verhuizing van het pand naar het Wingepark in 2015 bemerkten we een gigantische verademing bij onze medewerkers. Laboratoria zijn op maat gemaakt en zeer efficiënt ingericht en er is nog ruimte voor groei. We kunnen nu wel stellen in een stimulerende omgeving te werken. Voor velen levert het woon- en werkverkeer ook een tijdsbesparing op. Dat was dus een mooi meegenomen extra”, zegt de managing director trots.
“Binnen onze kantoren plannen we op korte termijn een uitbreiding op een eerste verdieping zodat onze nieuwe medewerkers ook hun eigen plek verwerven. We streven verder ook naar een aangename en efficiënte werkverdeling. We voorzien eveneens in een flexibele vakantieregeling, net omdat wij ook van onze werknemers verwachten dat ze flexibel en wendbaar zijn. Inspecties kunnen namelijk niet altijd tijdens de reguliere werkuren gebeuren.”
"Ingenieurs zijn van nature erg leergierig en willen blijvend vooruit. De verbreding en diversificatie van onze sector in beweging maakt dat we continu voor nieuwe uitdagingen staan."
Zelfontplooiing
De medewerkers zijn ingenieurs, bio-ingenieurs, schei- en materiaalkundigen: allen zeldzaam te vinden. Op dit moment zoekt het gedreven team naar drie geschikte kandidaten om hen op korte termijn bij te staan. Net omdat het zo’n war for talent is, is het noodzakelijk te investeren in opleidingen, zowel voor onze mensen die in huis werken binnen de labo’s, als voor onze werknemers buitenshuis die instaan voor de monitoring. “Bij het begin van elk jaar lijsten we de interessante opleidingen op. Veelal nodigen we zo professoren uit onze buurlanden of verder weg uit voor een diepte-opleiding over bv. hogetemperatuurcorrosie. Ingenieurs zijn van nature erg leergierig en willen blijvend vooruit. Onze nichesector staat ook helemaal niet stil. De verbreding en diversificatie van de sector maakt dat we continu voor nieuwe uitdagingen staan. Voor ons bedrijf is dat vandaag: goede medewerkers aantrekken, internationaal groeien en vooral: de kwaliteit hoog houden en reputatie opbouwen”, besluit Christine Buelens
Dit artikel verscheen in het magazine Ondernemers, editie november 2018.