Week na week regent het noodoproepen en alarmsignalen over ons onderwijs. Wat we nodig hebben is een doortastend plan van aanpak.
Is het niet de kwaliteit die achteruitgaat, dan is het wel het lerarentekort dat de pan uit swingt, het schrijnende tekort aan werkingsmiddelen, capaciteitstekorten in grootsteden en ga zo maar door. Dit mogen we niet langer met lede ogen aanzien.
Er worden wel met de regelmaat van de klok bijkomende maatregelen getroffen, maar het ontbreekt vooralsnog aan een langetermijnvisie over hoe we het tij nu eindelijk gaan kunnen keren. We hebben geen nood aan symbolische trofeeën, wel aan een doortastend plan van aanpak over hoeveel punten we terug willen stijgen in PISA tegen 2030 en hoe we 8.000 mensen willen overtuigen om leerkracht te worden tegen 2025.
Groot leerverlies, lager bbp
Want waar het écht om gaat is niet alleen de individuele toekomst van onze jongeren, ook de economische sleutel van onze regio dreigt te breken. Niet voor niks zijn wij des te meer gealarmeerd wanneer we de cijfers zien die het Planbureau deze week bekendmaakte.
Op basis van recente gegevens wordt het leerverlies tussen maart 2020 en juni 2021 geraamd op 53% van de verworven kennis van een normaal schooljaar. OESO schattingen tonen aan dat dit leerverlies van een half jaar bij enkel deze leerlingen het bbp met 2,2% doet dalen.
Hybride loopbanen
Ondernemingen willen actief bijdragen door intensief samen te werken mét onderwijsinstellingen. Aandacht voor ondernemingsgericht onderwijs moet doordringen tot op het strategische beleidsniveau van de school zelf. En de overheid moet belemmeringen wegwerken, zoals de rigiditeit van de personeelsregelgeving.
Het is alvast positief dat de onderwijsverstrekkers zich aansluiten bij ons pleidooi voor een modernisering van het personeelsstatuut waarbij leerkrachten een pakket kunnen krijgen dat kan variëren in meer hybride loopbanen. Een meer modern en flexibel HR-beleid waarbij ook mensen uit andere sectoren kunnen aangetrokken worden en een competitieve verloning kunnen krijgen.
Samenwerken rond infrastructuur
De aangekondigde proeftuinen waarbij zo’n regelluw kader wordt gecreëerd is daarvoor een goede eerste stap. Het initiatief kan rekenen op veel enthousiasme zowel vanuit ondernemend Vlaanderen als vanuit het onderwijsveld, maar men moet hierin nog verder durven te gaan.
Er zijn nog manieren waarop ondernemingen en onderwijs elkaar kunnen versterken. Inhoudelijk kunnen bedrijven een rol spelen in het creëren en stofferen van didactisch materiaal, mét begrip natuurlijk voor de pedagogische vrijheid die scholen hebben. Of door samen te werken op het vlak van infrastructuur.
Middelen efficiënter besteden
We hebben de tweede hoogste overheidsuitgaven voor onderwijs in Europa, dus komt het er vooral op aan om de middelen die vandaag naar onderwijs gaan efficiënter te besteden. Professionele(re) schoolbesturen zijn in staat een wendbare structuur op te zetten waardoor ze echte sociale ondernemingen kunnen worden.
Vandaag bestaan er ontzettend veel verschillende ‘gekleurde’ budgetten binnen onderwijs. Wanneer deze middelen flexibeler kunnen worden ingezet zou een deel van het tekort aan werkingsmiddelen al tegemoetgekomen kunnen worden, maar ook dat vergt natuurlijk vertrouwen en een sterk beleidsvoerend vermogen van scholen.
Meetbare output
Men zegt weleens dat het Vlaamse onderwijs een tanker is, die slechts met veel moeite te keren valt. Aan creatieve ideeën en goede praktijken is er nochtans geen gebrek. Daarom ook deze oproep aan alle betrokken partijen: bundel de krachten en maak nu werk van een doortastend crisisplan met meetbare output op korte en op lange termijn.
Speel kort op de bal, stuur bij wanneer de genomen maatregelen toch niet voldoende blijken te zijn. Heilige huisjes hebben daarin geen plaats meer, daarvoor is het te laat, en vooral… de prijs die we betalen is écht te hoog.