Vandaag ondertekenden de sociale partners samen met de Vlaamse regering het VESOC-akkoord ‘Alle hens aan dek’. Met dit akkoord wordt in 2021 190 miljoen euro geïnvesteerd om een krachtige en duurzame relance van onze arbeidsmarkt op gang te trekken. Het zet in op drie prioriteiten.
In het voorjaar, al voor de uitbraak van de coronacrisis, hadden de sociale partners zich samen met de Vlaamse regering geëngageerd om 120.000 Vlamingen te activeren. Het toenmalige doel was de huidige werkzaamheidsgraad van 76% optrekken tot 80%. Dat was nodig door vergrijzing en de structureel oplopende krapte, de vele vacatures en de te grote groep inactieven.
Maar de plannen werden noodgedwongen on hold geplaatst nadat de crisis onze economie en arbeidsmarkt midscheeps raakte. De vacatures vielen sterk terug en tot 750.000 Vlamingen werden in het voorjaar in tijdelijke werkloosheid ondervangen. Na een daling zijn deze aantallen door de tweede golf zelfs terug gestegen tot 250.000 in november. Het aantal vacatures ligt nu bijna 20% lager dan vorig jaar. Alle hens aan dek om de arbeidsmarkt dus terug op het juiste spoor te krijgen.
Meer opleiding
De eerste prioriteit van het akkoord ambieert een breed opleidingsoffensief dat o.a. wil inzetten op meer werkplekleren en duaal leren. Hiertoe wordt de stagebonus voor werkgevers fors opgetrokken. Dat is een premie voor elke werkgever die een jongere uit een alternerende opleiding opleidt of tewerkstelt.
Bijkomend worden opleiding digitaal toegankelijk gemaakt. Van de omvangrijke groep van intensief tijdelijk werklozen, moet minstens de helft instappen in een opleiding, stage of tijdelijke werkervaring elders.
Het Vlaams OpleidingsVerlof wordt verruimd zodat ook werkgevers dit gericht kunnen inzetten.
Tot slot wordt een aanbod van competentiechecks uitgerold.
Meer digitalisering
Een tweede prioriteit richt zich op de digitale transformatie en het dichten van de digitale kloof. Blended leren (een combinatie van fysiek en online onderwijs) wordt gestimuleerd, het online opleidingsaanbod wordt verder ontwikkeld en ontsloten en waar er een gebrek is aan apparatuur zal deze ter beschikking worden gesteld via digi-banken.
Tot slot wordt er ook werk gemaakt van een digitale leer- en loopbaanrekening die de Vlaming meer moet aanzetten tot levenslang leren.
Meer activering
Tot slot wordt de eerdere activeringslogica hernomen met als ambitie meer mensen duurzaam aan het werk. Een belangrijke rol is hier weggelegd voor de VDAB en haar partners waarvan de bemiddelingscapaciteit moet uitbreiden.
Er moet sneller en beter worden ingezet op de re-integratie van personen met een RIZIV-uitkering, leefloners, mensen met migratieachtergrond.
Bijzondere aandacht gaat uit naar het organiseren van werk naar werk transities en arbeidsmobiliteit tussen krimp- en groeisectoren.
Het aanmoedigen van aanwerving doelgroepen blijft behouden met de huidige RSZ-korting en wordt uitgebreid naar langdurig werklozen.
Uitrol jobbonus
Deze drie prioriteiten worden aangevuld met de uitrol van de jobbonus. Deze gaat uit van het principe dat werken moet lonen en wil het verschil tussen werken en niet werken vergroten. Ook de sectoren zijn via de sectorconvenanten aan zet en krijgen middelen voor de komende 2 jaar.
Tot slot ambieert de Vlaamse overheid een forse verhoging van haar werkzaamheidsgraad maar vele hefbomen zijn federaal. Om voortgang te boeken wil Vlaanderen hiertoe met de federale overheid in overleg. Voorbeelden zijn het activeren van inactieven, faciliteren van mobiliteit, opleiden van tijdelijk werklozen of activerend herstructureringsbeleid
Voka tevreden
Voka is tevreden met het akkoord dat geen dag te vroeg komt. De coronacrisis heeft een ongeziene impact op onze economie en arbeidsmarkt. Initieel werd vooral ingezet op een breed pallet aan steunmaatregelen maar nu is het tijd om voorbij de steun en de acute crisis op te kijken.
Activeren, investeren in opleiding en digitalisering zullen de drijvers worden van het herstel. Op deze manier draagt het akkoord bij aan structurele bijsturingen, Vlaams én federaal.
De jobbonus en de RSZ-kortingen worden verankerd, opleidingen worden een speerpunt en ondernemingen worden ondersteund om de omslag te maken naar meer duaal leren, competentiebeleid en transitiebeleid. Alle hens aan dek om de arbeidsmarkt terug op het juiste spoor te krijgen.