Op donderdag 28 september organiseert Voka Health Community haar jaarlijks congres. Dit jaar is het centrale thema "Zorgen voor morgen - Een politiek debat voor een gezonde toekomst”. De Health Community-leden leggen er de politieke boegbeelden in welzijn en zorg het vuur aan de schenen over nieuwe zorgmodellen, de nijpende arbeidsmarkt en broodnodige innovatie. In de aanloop naar het congres laten we naar goede gewoonte enkele ‘toekomstdenkers’ aan het woord. In deze editie: Inge Neven, CEO van VITO.
Intro
De naam Inge Neven doet wellicht een belletje rinkelen. Ze haalde tijdens de Covidcrisis vaak het nieuws, als hoofd van de Brusselse gezondheidsinspectie. Sinds mei 2023 is ze CEO van VITO in Mol, de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek. “Dat is één van de 4 onderzoeksorganisaties met partiële financiering van de Vlaamse overheid”, duidt ze. “We spitsen ons vooral toe op duurzaamheid en werken transversaal rond thema’s zoals klimaatverandering, ruimte, luchtkwaliteit, energie, optimaal watergebruik, preventieve gezondheidszorg… waar we voornamelijk obv gezondheidsdata en data van sensor-, drone- en satellietmetingen voorspellings- en optimalisatiemodellen maken. Daarnaast hebben we ook een luik ‘hardware’, met onderzoek naar circulaire materialen en verbetering van (bio)chemische processen, en energietoepassingen.” Samenwerking is voor VITO van vitaal belang. “We zijn deel van een ecosysteem, samen met andere onderzoeksinstellingen, universiteiten, beleidsactoren, de industrie,… Onze kracht is onze systeemaanpak: we bekijken dossiers niet vanuit één standpunt, maar hanteren een holistische visie.”
Duurzame gezondheid is ook één van de onderzoeksthema’s van VITO. “Dat komt door onze expertise op het vlak van biologie en (bio)chemie. We onderzoeken bijvoorbeeld de invloed van proteomics op kankerontwikkeling en immunotherapie, hebben grote projecten lopen rond de impact van de blootstelling aan zorgwekkende stoffen op de algemene en individuele gezondheid, en met een recente spin-off bestuderen we de veranderingen in glaucoom in de ogen. Op basis van retina-analyse kunnen we met hulp van AI bepalen of iemand (aanleg voor) diabetes heeft of glaucoom aan het ontwikkelen is. En in het ‘we are’-project werken we aan de burgergestuurde en gecentraliseerde data in een persoonlijke gezondheidskluis op basis van de Solid-technologie”, klinkt het.
Meer aandacht voor preventie
De weg openen naar een preventieve gezondheidszorg, ziekten vroeg opsporen, evolueren naar een meer patient-georiënteerde therapeutische behandeling en een vermindering van de kosten van de gezondheidszorg, dat is het doel van die zoektocht naar duurzame gezondheidsoplossingen.
“Zeggen dat er nog te weinig aandacht gaat naar preventie, is een open deur intrappen”, lacht Inge. “Zolang er geen rampen gebeuren is het moeilijk om er de nodige aandacht voor te krijgen. Nochtans ligt in vroegdetectie en preventie een groot deel van de oplossing. Ik geef even voorbeeld vanuit mijn functie als bestuurslid van de Stichting tegen Kanker. We scoren met ons land heel slecht als het gaat over de detectie van kanker in een vroeg stadium. We hebben de grootste incidentie van heel Europa, gecombineerd met de beste overlevingskansen, maar de kosten daarvoor zijn ook een pak hoger dan in andere landen. Meer inzetten op preventie, kanker vroeger detecteren en dus sneller ageren zou een impact hebben op die kosten.” Maar Inge is hoopvol: ze gaat ervan uit dat er uit noodzaak – omwille van een tekort aan mensen en middelen – automatisch meer in preventie geïnvesteerd zal worden. “En ik geloof dat we dat topic op de agenda kunnen blijven krijgen door zelf aan de weg te blijven timmeren en goede voorbeelden te kunnen geven.”
“Naast incrementele innovatie moeten we ook blijven werken aan breakthrough out-of-the-box innovaties.”
Inge Neven
Innoveren en experimenteren
Het is deels ook vanuit die noodzaak dat innovatie meer dan ooit cruciaal is. “Nu al merk ik dat organisaties meer en meer nadenken rond en experimenteren met nieuwe vormen van werkorganisatie. Ik geloof sterk in dergelijke kleine stappen op de werkvloer, waarbij medewerkers betrokken worden om mee oplossingen te zoeken. Tegelijk moeten we naast incrementele innovatie ook blijven werken aan breakthrough out-of-the-box innovaties.”
Data en digitalisering zijn in die context niet meer weg te denken. “Nu pas zitten we op het tipping point om van evolutie naar revolutie rond AI te gaan”, denkt Inge. “De gezondheidszorg is één van de sectoren bij uitstek waar een achterstand kan worden ingehaald, die om verschillende redenen is ontstaan. Samen met 34 ziekenhuizen werkten we aan een project waarin digitalisering ook aan bod komt. Daar merk ik dat digitalisering in de zorg méér in plaats van minder werk met zich heeft meegebracht. We moeten in de toekomst meer focussen op de winst die we kunnen realiseren door het gebruik van data. Expertisecentra die alle kennis rond een bepaald thema bundelen, kunnen een mogelijke piste zijn. Kijk maar naar cybersecurity: waarom zou elk ziekenhuis of elke dokterspraktijk dat individueel moeten aanpakken? Het zou veel efficiënter en wellicht ook kwalitatiever zijn om in ons land – of zelfs op Europees niveau – een expertisecentrum cybersecurity op te richten. Ook het uitbouwen van centrale databanken die voor onderzoekers makkelijk toegankelijk zijn voor secondary use zou écht een prioriteit moeten zijn voor de komende jaren. Cruciaal daarbij zijn samenwerking en vertrouwen, zodat burgers, patiënten en alle andere stakeholders erop kunnen rekenen dat die data niet misbruikt worden.”
Bedrijfsmatige insteek
Het zorgsysteem herorganiseren, met meer nadruk op preventie en meer aandacht voor samenwerking, dat is volgens Inge echt nodig. “Laten we zorg en welzijn meer vanuit een bedrijfsmatige insteek organiseren, mensen meer vrijheid geven en accountability inbouwen. Er bestaan nu nog veel silo’s en er is door onze complexe staatsstructuur een enorme versnippering van bevoegdheden. Of een staatshervorming nodig is? Ja, absoluut”, vindt ze.
Tegelijk roept ze op om een breed maatschappelijk debat op gang te trekken. “We zijn nu met 5 werkenden voor 1 gepensioneerde; over 30 jaar gaat die ratio naar ongeveer 2 op 1. We zien vandaag dat zoveel mensen geen job hebben, en dat er zoveel langdurig zieken zijn. Laat ons nadenken hoe we daarmee zullen omgaan”, besluit ze.
Hoe kunnen we voldoen aan de groeiende complexiteit van zorg met beperkte middelen en minder personeel? Hoe zorgen we voor een toekomst waarin we langer gezond blijven? Een toekomst waarin werken in welzijn en zorg werkbaar is? Een toekomst met sterke digitale competenties die innovatie faciliteren?
Wil je meer ontdekken? Schrijf je dan in voor het jaarlijks Voka Health Community Congres op donderdag 28 september in Den Oven te Boom.
Ontdek hier de visie van onze andere toekomstdenkers.