Ook voor onze Vlaamse economie is het belangrijk dat het Overlegcomité zich vandaag buigt over een versoepeling van de internationale reisregels. Brussels Airport is de tweede motor van onze economie, goed voor 64.000 banen en 3,2 miljard toegevoegde waarde per jaar. Maar in 2020 haalde de luchthaven 75% minder passagiers. Er zijn drie musts voor een duidelijk reiskader.
De afgelopen weken hebben we een spectaculaire daling gezien in de verschillende coronaparameters. Zo klokte de positiviteitsratio van tests gisteren af op 4,6% en zit België eindelijk onder de 5% die de Wereldgezondheidsorganisatie als veilige drempelwaarde heeft vastgelegd. Op intensive care liggen er nog 377 coronapatiënten, een stuk onder de lat van maximaal 500 opnames die werd vooropgesteld als voorwaarde van verdere versoepelingen op 9 juni.
Dat we op schema zitten voor de doorvoering van verdere versoepelingen is geen overbodige luxe. Het gevaar op een gespleten economie is immers absoluut niet geweken. Terwijl heel wat bedrijven in de industrie al een lichte remonte hebben kunnen inzetten, ondervinden nog steeds heel wat sectoren in de diensteneconomie een forse impact.
Het strikte regime omtrent internationaal reizen maakt het voor de economische motor rond Brussels Airport moeilijk om opnieuw aan te slaan
Gilles Suply, Senior Adviseur EU & Internationaal Ondernemen
Dit geldt in het bijzonder voor het hele economische weefsel op en rond Brussels Airport, dat sterk afhankelijk is van internationaal personenverkeer. Het belang van Brussels Airport voor de Vlaamse economie valt nauwelijks te overschatten: er werken 64.000 mensen op en rond de luchthaven waar 3,2 miljard euro toegevoegde waarde wordt gegeneerd per jaar.
Het strikte regime omtrent internationaal reizen dat vandaag in voege is maakt het moeilijk voor deze economische motor om opnieuw aan te slaan. In 2020 haalde Brussels Airport bijvoorbeeld slechts 6,7 miljoen passagiers. Voor de coronacrisis was dit 26,4 miljoen passagiers, ofwel 75% meer.
Eenvoudig en duidelijk kader nodig
Het is daarom belangrijk dat het Overlegcomité zich vandaag buigt over een versoepeling van de internationale reisregels. Een eenvoudig en duidelijk kader dringt zich op aangezien er nu heel wat Belgen zijn die vakantieplannen smeden voor de aanstormende zomervakantie.
Het coronacertificaat, waarover er op Europees niveau een akkoord werd gevonden, is alvast een belangrijk instrument dat ingezet kan worden om deze vereenvoudiging verder vorm te geven. De Raad van de EU tracht ook te komen tot een geharmoniseerde aanpak in de hele EU.
3 musts voor soepelere regels
Een aantal algemene principes worden best gerespecteerd wat betreft de versoepeling van de reisregels.
1. Een snelle en gecoördineerde uitrol van het coronacertificaat doorheen de EU
Er moet een snelle, automatische en digitale afgifte en controle van het coronacertificaat komen. Want dit is de basis waarop het versoepelingskader zal opgehangen worden. Een goeie coördinatie met de buurlanden en bij de uitbreiding de hele EU is op dat vlak ook essentieel.
2. Geen test- of quarantaine verplichting voor houders van een vaccincertificaat
Het is belangrijk dat houders van een vaccincertificaat vrij doorheen de EU kunnen reizen. Het is overigens wenselijk dat het vaccin certificaat al toegekend wordt aan personen die één prik hebben gekregen.
3. Voldoende testcapaciteit die gericht wordt ingezet met het oog op internationaal reizen
Om te vermijden dat de Belgische testcapaciteit overbelast wordt tijdens de zomermaanden, is het aanbevolen om een testverplichting af te schaffen voor reizigers van en naar groene of oranje zones. Daarnaast blijft het van groot belang dat mensen die een test willen afnemen om internationaal te reizen, dit ook eenvoudig en snel kunnen doen.