Overslaan en naar de inhoud gaan
Map
  • Nieuws
  • Een ideale voorzitter heeft wijsheid en ervaring. En humor!

Een ideale voorzitter heeft wijsheid en ervaring. En humor!

  • 05/04/2023

Over precies drie weken geeft Jo De Backer na vijf jaar voorzitterschap de fakkel door aan Andreas Pfeffer. Daar komen een aantal plichtplegingen bij kijken. Zoals dit interview en een groot afscheidsevent op 19 april in het KMSKA. Jo De Backer doet het allemaal met de glimlach. Maar het officiële staatsieportret waarop elke voorzitter op het eind van zijn mandaat wordt vereeuwigd; daar bedankt hij voor. ‘Als het echt moet, neem dan maar die leuke foto van
die boottrip tijdens de missie Vietnam, waar ik samen met Luc op sta.’ De geamuseerde blikken van Luc Luwel en Andreas Pfeffer aan de andere kant van de tafel zeggen genoeg: ‘Typisch Jo’.

 

Daarmee is de eerste vraag van wat een bijzonder geanimeerd gesprek zal worden, meteen gesteld. ‘Waarom ik zo’n staatsieportret niet wil? Heel simpel; niets van wat ik de voorbije jaren heb gerealiseerd als voorzitter heb ik alleen gerealiseerd. Ik heb dat alleen gekund dankzij de steun van Luc, van de Kamer en van onze leden. Dus wil ik niet alleen op zo’n foto staan. Die foto van Vietnam heeft trouwens een verhaal. Hij is genomen
in de haven van Hai Phòng, na een - laat ons zeggen - memorabele avond. Ik had amper een paar uurtjes geslapen, maar ik voelde me die ochtend tot mijn eigen verwondering in topvorm. En dat zie je ook op die foto. Kortom: een leuke herinnering.’

 

De voorbije vijf jaar staan bol van de leuke herinneringen, zegt hij zelf. Heeft hij dan al niet vaak stilgestaan bij de idee dat zijn voorzitterschap afloopt? ‘Ik word daar elke dag aan herinnerd, of ik dat nu wil of niet. Dat hele voorzitterschap is een periode waarin je voortdurend vooruitkijkt, plant en nieuwe dromen najaagt. Ik zit nu in een fase waarin ik nog altijd durf dromen, alleen dan vanuit het besef: hmm, dat zal niet meer voor mij zijn. Maar er blijft natuurlijk continuïteit via Andreas die al een jaar meedraait als voorzitter-elect. Het is niet omdat ik stop, dat alles stopt.’

 

Een proces dat indertijd heel bewust is ingevoerd, vult gedelegeerd bestuurder Luc Luwel aan. ‘In organisaties zie je vaak dat verhalen heel abrupt stoppen als zo’n mandaat afloopt. Door een president-elect een jaar lang de kans te geven om dubbel te lopen, krijgt hij de tijd om alle dossiers te leren kennen en kan hij vanaf dag één operationeel zijn als voorzitter. Bovendien zijn wij een organisatie waar de 28 leden van het bestuurscomité, waar Andreas ook deel van uit maakt, tien keer per jaar samenkomen om dossiers te bespreken en tot een consensus te komen. Dat zorgt ook voor een betrokkenheid en een sterke onderlinge band.’

 

Andreas knikt. ‘Dat is voor mij ook veel comfortabeler. Ik neem actief deel aan alle dossierbesprekingen. Dat proces wordt ook intenser naarmate de datum van de wissel nadert. Een beetje zoals een kikker die je eerst in koud water legt om dan zachtjes de temperatuur op te drijven. Gelukkig gaan ze bij mij niet tot het kookpunt’, lacht hij. Toch zijn het grote schoenen om te vullen, geeft hij toe. ‘Als ik zie wat er in de voorbije vijf jaar onder Jo, Luc en het hele team is gerealiseerd, in een periode die je op z’n zachtst gezegd toch turbulent mag noemen; dat is indrukwekkend. De Kamer is daar zelfs sterker uitgekomen. Er is heel veel in gang gezet, zoals natuurlijk het Routeplan 2025. Het wordt nu zaak om daar een goed vervolg aan te breien.’

 

‘De Kamer is zelfs sterker uit een turbulente periode gekomen. Er is heel veel in gang gezet, zoals het Routeplan 2025. Het wordt nu zaak om daar een goed vervolg aan te breien.’

Andreas Pfeffer

VIRTUELE OMSLAG GEMAAKT

Als er één episode het voorzitterschap van Jo De Backer heeft gekenmerkt, dan toch wel de COVID-19-crisis. Bij de vraag waaraan hij persoonlijk het meeste plezier heeft beleefd, zitten we plots weer midden in de lockdown. ‘Ballekes in tomatensaus. Met frietjes!’ antwoordt hij met een ondeugende glinstering in zijn ogen. ‘Luc had ervoor gezorgd dat we hier tijdens de lockdown elke week op een veilige manier met een paar mensen konden samenkomen op de middag om nieuwe dossiers en lopende zaken te bespreken. En dan kwam er altijd goeie Vlaamse kost op tafel, zoals vol-au-vent of mijn favoriet: ballekes in tomatensaus. (lacht) Die momenten
koester ik nog altijd, omdat ze ook iets samenzweerderigs hadden. Wij die hier zaten te beraadslagen met ons kleine clubje, terwijl de hele wereld op slot was. Achteraf gezien heeft die periode er ook voor gezorgd dat deze regio sneller het pad van de digitalisering is ingeslagen dan ik ooit had durven dromen. Dat was een van mijn grote ambities aan het begin van mijn voorzitterschap. De Kamer heeft daar een enorme sterke rol in opgenomen, door haar hele dienstverlening in enkele weken tijd helemaal te digitaliseren. Zelfs de netwerkactiviteiten bleven gewoon doorlopen, maar dan online tijdens onze Virtuele Vrijdagen. Daar kon ik als voorzitter heel blij van worden. Want dat hield in dat onze leden dezelfde virtuele omslag moesten maken om met dat netwerk verbonden te blijven.’

 

Dit soort dynamiek stimuleren is precies wat een voorzitter moeten doen, zegt Luc Luwel. ‘Iedereen weet: een goeie voorzitter moet onafhankelijk en onbevangen zijn. Maar een voorzitter moet ook impulsen kunnen geven bij wat er leeft onder de ondernemers. Daarvoor is wijsheid en ervaring nodig. En humor! Jo voldoet zonder enige twijfel aan al die voorwaarden. Want de voorbije jaren hebben we, tussen alle zware dossiers door, ook gelachen dat de tranen over onze wangen liepen. Maar wat ook belangrijk is, is dat een voorzitter externe expertise meebrengt naar onze organisatie. Het feit dat wij bijvoorbeeld een aantal voorzitters hebben gehad die eigenaar waren van hun bedrijf, heeft ervoor gezorgd dat wij rond familiebedrijven netwerken en diensten zijn beginnen bouwen. En toen we binnen ons uitvoerend comité het profiel van de opvolger begonnen uit te tekenen, kwamen meteen de dienstensector en het hele hr-gebeuren in beeld. Omdat arbeidsmarkt toch de grote uitdaging van de komende jaren blijft.’

 

‘Door de lockdowns is deze regio sneller het pad van de digitalisering ingeslagen dan ik ooit had durven dromen. De Kamer heeft daar een enorme sterke rol in opgenomen.’

Jo De Backer

Een thema dat Andreas Pfeffer vanuit zijn professionele achtergrond als CEO van hr-dienstverlener Recrewtment helemaal doorademt. Maar mogelijk zorgt het generatieverschil met zijn voorganger nog voor andere accenten. ‘Ik weet niet of dat laatste zo sterk zal spelen’, zegt hij. ‘Toen Jo in 2018 begon als voorzitter, ben ik haast gelijktijdig begonnen als voorzitter van Jong Voka. Dan hebben we heel nauw in tandem gewerkt, om ervoor te zorgen dat die beide werkingen beter geïntegreerd werden. Ik vind het verkeerd om een opdeling te maken tussen jonge ondernemers en gevestigde ondernemers. Het is net de kruisbestuiving die belangrijk is. Ik heb als jonge ondernemer heel veel opgestoken van leden die al veel meer kilometers op de teller hadden. Die brugfunctie wil ik ook als nieuwe voorzitter van de Kamer opnemen. Er is al een lange weg afgelegd in vergelijking met vijf jaar geleden. Toen was er echt een probleem met de doorstroming vanuit de Jongerenkamer. Maar als ik nu zie hoeveel nieuwe, jonge gezichten ik ontmoet op de grote netwerkevents. En niet te vergeten: hoe spontaan de wisselwerking tegenwoordig is tussen Antwerpen en het Waasland; dat is een heel positieve evolutie voor onze regio. By the way: ik ben zelf ooit mijn carrière gestart in het Waasland. Ik voel me dus evenveel thuis aan beide kanten van het water.’

 
 

Continuïteit verzekeren

Een ander belangrijk accent dat Andreas Pfeffer in zijn beleidsnota als nieuwe voorzitter legt, is continuïteit. ‘Binnen het Routeplan zijn er de voorbije jaren ondanks de coronacrisis een aantal heel succesvolle projecten gerealiseerd. Ik denk daarbij bijvoorbeeld aan Vaccinopolis en het ecosysteem dat we daarrond willen bouwen. Dat is een werf die we niet mogen loslaten. Maar ook de nieuwe structuur die is opgezet om Antwerpen te positioneren als een internationale congres- en eventstad, de verbeterde samenwerking met de universiteit; dat zijn succesvolle evoluties die we moeten blijven bewaken. Natuurlijk is er ook nog mijn expertisedomein: arbeidsmarkt. Zelfs in de voorbije crisismomenten was het vinden van personeel prioriteit nummer één voor onze bedrijven. Zeker in onze regio, met de haven en de specifieke samenstelling van een grootstedelijke bevolking, zitten we daar met grote uitdagingen. Voor mij zijn er vandaag drie grote prioriteiten. Eén is de werking van de VDAB, waar er echt wel marge voor verbetering is. Samen met het kenniscentrum van Voka hebben we voldoende expertise om daar concrete voorstellen rond te formuleren. Ten tweede is er de problematiek van de langdurig zieken. In Vlaanderen zijn er dat bijna 250.000 en daarvan kan er een grote groep opnieuw geactiveerd worden voor de arbeidsmarkt. Dat zal ons helpen om de vijver te vergroten, want dat is nodig. En tenslotte moeten we inzetten op de verhoging van de algemene activiteitsgraad. Specifiek voor onze regio zitten we met een grote groep niet-EU-burgers waarbinnen  de activiteitsgraad dramatisch laag is.’

 

Een thema waar Jo De Backer graag iets aan toevoegt. ‘Ook belangrijk is het opleidingsaanbod, dat beter moet worden aangepast aan de economische realiteit. Al jaren stellen we vast dat er onvoldoende mensen afstuderen in die richtingen waarnaar de industrie op zoek is. Vandaar ook dat we met de hele Voka-alliantie het initiatief hebben genomen om een Talentcenter op te richten. Jongeren kunnen daar op een heel eigentijdse manier hun talenten matchen met hun toekomstige studiekeuze. Ik verwacht daar veel van.’

 

Netwerken levert tijd op

De versterking van het Kamernetwerk, en bij uitbreiding van het hele Voka-netwerk, is wellicht de meest zichtbare rol van een voorzitter. Al gaf Jo De Backer bij het begin van zijn mandaat aan dat hij zich geen pur sang netwerker voelde. ‘Intussen heb ik geleerd om daar mijn eigen saus over te gieten. Gaandeweg ontdek je dan dat het heel zinvol kan zijn. Ik kijk er nu zelfs al naar uit, omdat ik altijd wel iets te delen of te vertellen heb aan mensen die daar zijn’, lacht hij.

 

‘Met ons manifest voor de verkiezingen van 2024 zullen we een bijzonder sterk statement maken,

Luc Luwel

Andreas Pfeffer: ‘Als ik uit eigen ervaring spreek, dan durf ik zeggen dat het Kamernetwerk uniek is. Dat is geen vluchtig businessnetwerk waar je visitekaartjes uitdeelt, zoals er zo veel zijn. Hier is er ook altijd een inhoudelijk aspect. Dat zorgt voor andere gesprekken en een totaal andere dynamiek tussen de leden. Het Kamernetwerk is iets waar je jaren aan bouwt en waar je je hele verdere carrière op kan terugvallen. En als er nieuwe mensen binnenkomen, worden die ook snel opgenomen in dat netwerk als ze zelf ook bereid zijn om erin te investeren. Want dat is de voorwaarde.’

 ‘Een zeer prominente CEO met internationale ervaring zei me ooit: als ik naar jullie activiteiten kom, bekijk ik vooraf altijd de deelnemerslijst, die digitaal beschikbaar is. Op die manier spaar ik makkelijk drie, vier meetings uit’, pikt Luc Luwel in. ‘Voor mensen met een drukke agenda betekent netwerken dus vaak tijdswinst.’ 

Helemaal mee eens, knikt Jo.‘Maar zelf probeerde ik als voorzitter op die netwerkevents altijd zo aanspreekbaar mogelijk te zijn. Leden kwamen me soms spontaan hun mening geven over bepaalde standpunten of over de werking van onze organisatie. Die feedback signaleerde ik dan aan Luc.’ 

 

Iets was Luc heel erg kon appreciëren. ‘Als ik twijfelde over hoe ik iets best kon aanpakken, was het een enorme rijkdom om Jo als voorzitter aan mijn zijde te hebben. Doorgaans antwoordde hij dan altijd lachend: ‘Je stelt me de vraag, maar je weet het antwoord al.’ En soms was dat ook zo (lacht). Maar net zo goed kon hij dingen zeggen die de zaken voor mij in een heel ander perspectief plaatsten.’

 

Beweging in belangrijke dossiers

Een mentorschap dat ook in de andere richting werkte. Want het voorzitterschap van de Kamer betekende voor Jo De Backer ook de eerste uitgebreide kennismaking met de politiek. ‘Niet mijn wereld’, geeft hij toe. ‘Maar ik kijk er nu wel op een andere, meer genuanceerde manier naar. Dankzij Luc die mij als een uitstekende leermeester de weg wees. In het begin heb ik wat gezocht naar mijn rol daarin. Ik heb vrij snel ingezien dat politici echt wel luisteren als je vanuit je expertise van ondernemer kan spreken met duidelijke argumenten. Maar om concreet op jouw vraag te antwoorden: na vijf jaar voorzitterschap is het nog altijd mijn wereld niet. Al ben ik blij dat ik hem heb leren kennen. Ik heb er ook een aantal mensen ontmoet waarvoor ik oprecht veel achting en waardering heb. En neen, ik noem geen namen.’ (lacht) 

Andreas Pfeffer: ‘In die zin lijken we ook weer op elkaar. De politiek is evenmin mijn natuurlijke habitat. Maar als je elke dag met arbeidsmarkt bezig bent zoals ik, kan je er ook niet omheen. Dankzij de begeleiding van Luc en het politiek overleg dat de Kamer een viertal keer belegt met de Antwerpse politieke kopstukken, hebben we ook in heel wat belangrijke dossiers zoals die van de luchthaven of van de Antwerpse Ring zaken in beweging kunnen zetten.’ 

 

Toch baart het huidige politieke klimaat Luc Luwel zorgen. ‘Ik denk dat we in een systeemcrisis zitten; federaal, Vlaams en zelfs op Europees vlak. Maar ik blijf daar positief naar kijken. Ik hoop dat die systeemcrisis voor een omslag kan zorgen, waarbij we tot homogenere bevoegdheden kunnen komen. Ik merk dat Rudy Provoost als nieuwe voorzitter van de Voka-alliantie helemaal op diezelfde lijn zit. We zijn nu samen een manifest aan het schrijven voor de verkiezingen van 2024. Daarmee zullen we een bijzonder sterk statement maken, omdat we vertrekken vanuit een bedrijfseconomische agenda. Dat betekent in de eerste plaats een lichtere, digitale overheid met een duidelijke visie. Een overheid die naar oplossingen zoekt in plaats van alleen maar studies te bestellen. Daarnaast pleit ik voor een hernieuwde interesse voor wat er leeft in Wallonië. Hoe verder de deelstaten mentaal uit elkaar drijven, hoe verder we van een oplossing staan voor ons staatsbestel. Dus laat ons opnieuw Franstalige kranten lezen en Waalse politici uitnodigen.’ 

 

Dat allemaal combineren met zijn rol als jonge ondernemer wordt een uitdaging, beseft de nieuwe voorzitter. ‘Maar als je zoiets doet, moet je het ook goed doen’, zegt Andreas Pfeffer. ‘Je moet er voldoende energie in kunnen stoppen en je moet ook beseffen dat je als voorzitter voor het welzijn van de hele regio werkt, en niet enkel voor de eigen onderneming. Daarom heb ik al mijn operationele taken een jaar geleden overgeheveld. Het voorbije jaar als voorzitter-elect heb ik ook gebruikt om mijn medewerkers in hun nieuwe rol te begeleiden. Als ik dat niet had kunnen afvinken, dan was ik er niet aan begonnen. De Kamer heeft mij als jonge ondernemer zo veel gegeven, dat ik het een eer vind om iets te kunnen teruggeven.’

 
AW_Welt_6stappenplan

Artikel uit publicatie