Er wordt gesuggereerd dat bedrijven wegens aangepaste tarieven te weinig doen om hun drinkwaterverbruik te verminderen. De cijfers spreken dat tegen.
Maandag dook in de media een bericht over het verschil in tarief van drinkwater tussen gezinnen en bedrijven. Hierin wordt aangegeven dat bedrijven wegens aangepaste tarieven te weinig inspanningen leveren om hun drinkwaterverbruik te verminderen. Maar is dat wel zo? We doen hier de factcheck.
Lagere onderhoudskosten
Ten eerste moet het verschil in tarief genuanceerd worden. Je kan de prijs voor industrie en huishoudens gewoonweg niet met elkaar vergelijken. Het industriële netwerk maakt gebruik van mindere leidingen waardoor er lagere onderhoud- en afschrijvingskosten zijn.
Daarnaast zijn er ook verschillende waterkwaliteiten nodig zoals bijvoorbeeld demiwater en koelwater en zijn er minder administratieve lasten omwille van integrale commerciële contracten.
Duurzaam gebruik
Ten tweede is water essentieel voor onze Vlaamse economie. Water is een grondstof in heel wat productieprocessen of wordt gebruikt als koelelement. Bedrijven hebben er dus alle belang mee om er efficiënt en spaarzaam mee om te springen.
De industrie doet dan ook al enige tijd inspanningen en kan dan ook mooie resultaten voorleggen. Enkele significante cijfers:
- Tussen 2010 en 2020 is het drinkwaterverbruik met 15% gedaald.
- Naast een daling in het drinkwaterverbruik is er ook een significante daling in het grondwaterverbruik, onze 'strategische reserve'. In tien jaar tijd is het grondwaterverbruik met zo’n 30% gedaald.
- Het aandeel ‘ander water’ waaronder circulair watergebruik valt is in diezelfde periode verdubbeld.
- Bedrijven zullen ook in de komende jaren blijven investeren: 8 op de 10 bedrijven willen inzetten in duurzaam watergebruik in de komende vijf jaar.
Concreet voorbeeld
Een concreet voorbeeld is het Waterkracht-project. Via een samenwerking met Aquafin, Ekopak, EPiCo² en Waterlink zal er vanaf 2025 zo’n 20 miljard liter afvalwater afkomstig van Antwerpse gezinnen omgezet worden in koelwater en beschikbaar gesteld worden voor de industrie in de Antwerpse Haven. Dit zal de druk op zoetwatervoorraden verminderen.
We betreuren dat er gealludeerd wordt dat bedrijven omwille van de aangepaste tarieven geen inspanningen willen leveren, terwijl de cijfers het tegendeel bewijzen. De industrie zet in en blijft inzetten op duurzaam watergebruik.
In het verleden hebben we al verschillende keren aangegeven dat we nog te vaak zien dat bedrijven weerhouden worden om waterbesparende maatregelen uit te voeren.
Prijssetting is hierbij niet het knelpunt. Het is een combinatie van verschillende knelpunten en ze zijn steeds afhankelijk van het type bedrijf. We moeten dus inzetten op meerdere werven tegelijkertijd waarbij er steeds aandacht blijft zijn voor de eigenheid van het bedrijf.
3 werven
Hiervoor is ook een rol weggelegd voor de overheid om 3 werven aan te pakken:
1. Nood aan holistisch beleid
De nood aan holistisch beleid met een duidelijke strategie die zich vertaalt in een rechtvaardig en duidelijk vergunningenbeleid, een stabiel prijzenbeleid en een goede afstemming met de klimaattransitie, is groot.
2. Investeren in innovatie
Daarnaast moeten we permanent blijven investeren in onderzoek, ontwikkeling en innovatie, waarbij we maximaal de afstemming maken met de te maken investeringen in het kader van de klimaattransitie. Digitalisering, centralisatie, inzichtelijkheid en toegankelijkheid naar alle bedrijven toe zijn hierbij sleutelwoorden.
3. Inzetten op samenwerkingsverbanden
Tot slot, is er nog enorm veel potentieel om meer water te hergebruiken dankzij samenwerkingsverbanden. Door het gebruik van afvalwater als grondstof kan er bespaard worden op de primaire waterbron. Samenwerkingsverbanden kunnen ook op grotere schaal opgezet worden.
Op (nieuwe) bedrijventerreinen of wijken moet er maximaal rekening gehouden worden met de opvang, het hergebruik en de infiltratie van regenwater.
Een faciliterend kader om samenwerkingsprojecten te realiseren, ontbreekt nog op dit moment en is nodig om de projecten uit de startblokken te krijgen.