Elke Van Hoof is van vele markten thuis. Ze is klinisch psycholoog, schreef een reeks boeken over psychologie en leidt Huis voor Veerkracht. Met haar onderneming begeleidt ze bedrijven met zaken zoals welzijn op het werk, stress en burn-out. In dit interview laat ze haar licht schijnen op het kantoor van de toekomst, en waarom we nog een lange weg te gaan hebben om hybride werken en welzijn te combineren.
Elke Van Hoof begon haar carrière als psycholoog maar zag snel dat het bestaande systeem niet altijd even goed werkte. "Ik begeleidde aanvankelijk patiënten met chronische medische aandoeningen", stelt ze. "Maar ik had de ambitie om preventief te werken, en om een hoge impact te hebben. Als klinisch psycholoog zag ik de mensen slechts één keer per week, in het ideale geval. Dat kon efficiënter. Daarom begon ik te werken met bedrijven, want daar kan je de context wel rechttrekken en intensiever met mensen samenwerken."
Uit dat idee vloeide Huis voor Veerkracht voort. "In de zorg zijn er lange wachttijden", stelt Van Hoof. "Het duurt al snel drie maanden voor je een afspraak met een psycholoog hebt. Als er dus iemand uitvalt, dan ben je al snel een jaar verder. Ons systeem doet het beter. Door op permanente basis met bedrijven samen te werken, staan we binnen de 24 uur elke aanmelding te woord, en binnen de drie dagen starten we de behandeling als er een werknemer wegvalt."
Huis voor Veerkracht groeide ondertussen uit tot een stevige speler. Momenteel stelt het bedrijf een team van tien mensen tewerk, met nog groei gepland. Daarbovenop steunt het op een netwerk van vijftig freelance psychologen die werken volgens de principes van Huis voor Veerkracht. "Een wetenschappelijke houding is erg belangrijk voor ons", stelt Van Hoof. "We gaan geen handopleggingen doen. We steunen enkel op wetenschappelijk onderbouwde concepten. In de psychologie kom je vaak goeroes tegen die erg sexy ideeën verkondigen, maar dat steunt meestal op weinig bewijs." Met die aanpak haalden ze al een mooi portfolio van klanten binnen. Hun werk brengt hen van Pfizer tot Axa, en van EY tot het UZ Brussel.
Kantoor van de toekomst
Vanuit haar ervaring heeft Van Hoof ook haar eigen kijk op het kantoor van de toekomst, en op de andere manier van werken die op ons afkomt. "Op de korte termijn zal de transitie vooral chaotisch zijn", stelt Van Hoof. "In heel wat bedrijven keren we ondertussen terug naar de business as usual, waar we elke ochtend opnieuw samen in de file staan - dat wordt natuurlijk ook deels gedreven door de drang om elkaar terug te zien. Maar sommige bedrijven gaan al naar een model van 60% thuiswerk en 40% werken op kantoor. In een ideale toekomst komen we echter tot een echt flexibele, hybride vorm van werken, met bewuste aandacht voor face-to-facecontact, denk maar aan een live teambuilding. Maar dat vraagt een bijzonder management. Het verwacht aangewezen personen die een bedrijfscultuur weten opbouwen, zelfs wanneer iedereen op een andere plek werkt. Daar zijn we vandaag nog lang niet. Leidinggevenden zijn niet klaar om hun mensen vanop afstand te managen. Ze deden het de laatste twee jaar omdat het moest, maar je zag dat de kwaliteit van dat management veel lager lag. Dat gaan we niet blijven tolereren."
Een nieuwe manier van werken kan zelfs negatieve gevolgen hebben voor het welzijn van werknemers wanneer het slecht wordt ingevoerd. "We hebben nog wel wat watertjes te doorzwemmen", stelt Van Hoof. "Het kantoor van de toekomst mag niet leiden tot gevoelens van sociale isolatie, eenzaamheid en onwelbevinden. Het is niet allemaal rozengeur en maneschijn. Niet behoren tot een groep op het werk kan voor heel wat mensen negatieve gevoelens opwekken."
Werk en vrije tijd
Dat soort negatieve gevoelens aanpakken in een hybride werkplek biedt een hoop uitdagingen. "Leidinggevenden en organisaties waren al niet goed in het detecteren van problemen wanneer we met z'n allen door de wandelgangen liepen", stelt Van Hoof. "Nu moet dat vanop afstand gebeuren, wat het nog moeilijker maakt. Daar zie ik veel kansen voor opleiding voor leidinggevenden. Hoe detecteer je bijvoorbeeld een probleem vanop afstand? En hoe ga je virtuele feedbackgesprekken voeren? Dat soort welzijnsvraagstukken moeten managers beter leren aanpakken.”
Technologie kan hier een hulpmiddel zijn, maar Van Hoof is sceptisch over het potentieel ervan om zaken structureel te veranderen. "Ik zie vandaag bedrijven de toevlucht nemen tot allerhande monitoring-apps", stelt ze. "Die moeten de collega's vervangen die zien wanneer iemand het moeilijk heeft. Maar op middellange termijn gaan we daar waarschijnlijk terug van afstappen. Onderzoek toont dat het knelpunt vaak ligt bij het gebrek aan actie van bedrijven nadat ze opmerkten dat iemand het moeilijk heeft. Zo'n apps geven vooral de illusie van controle, maar zullen geen soelaas bieden zonder een goed welzijnsbeleid. Het antwoord ligt vooral in nieuwe vaardigheden voor leidinggevenden.”
En wat dan met de scheidingslijn tussen werk en vrije tijd? Een belangrijke bron van stress tijdens COVID. "We moeten meer discipline opbrengen", stelt Van Hoof. "Zeker bij bedienden krijg je de tendens om van 8 uur in de ochtend, tot 8 uur in de avond voor de werkcomputer te zitten. Bedienden en leidinggevenden werken nu meer uren. Mensen moeten eigenlijk leren hoe ze hun dag beter kunnen indelen wanneer ze thuiswerken. Denk maar aan bewegingsmomenten inplannen doorheen de dag."
Waar Van Hoof echter vooral over bezorgd is wanneer ze aan de toekomst denkt, is de crisis van aandacht die aan het ontstaan is omwille van digitalisering. "Om werkplezier te ervaren moet je voldoende aandacht en concentratie genereren", besluit ze. "Als je constant wordt gestoord door het gepingel van je notificaties op Teams, e-mail en sms, dan heb je te weinig ononderbroken werktijd. In zo'n situatie is het erg moeilijk om werkplezier te ervaren. Een gemiddelde CEO heeft vandaag minder dan 30 minuten ononderbroken werktijd per dag. Een gemiddelde bediende, over alle sectoren heen, kan nooit één uur ononderbroken werken. Maar als je werkplezier wil ervaren, dan moet je met een gevoel van flow werken. Om dat te bereiken heb je idealiter minstens vier blokken van één uur ononderbroken werk per dag nodig. Constante notificaties zetten dus een zware hypotheek op het welzijn en het werkplezier. Bedrijven moeten dat beter leren aanpakken."