Skip to main content
Map
  • Nieuws
  • 5 doorbraken voor meer mensen aan het werk

5 doorbraken voor meer mensen aan het werk

  • 07/11/2019

Tijdens de regeringsonderhandelingen werd de ambitieuze doelstelling naar voren geschoven om een verhoging van de werkzaamheidsgraad tot 80% te halen. Zo'n scherpe doelstelling opnemen is een stap vooruit, maar hoe we die effectief bereiken is een ander paar mouwen. Daarvoor zijn vijf doorbraken nodig.

1. Activeer iedereen die kan werken

Activeer iedereen die kan werken, ongeacht het statuut of stelsel waarin hij vertoeft. Tijdens de voorbij legislatuur is het aantal werkzoekenden gedaald maar daarbuiten is er nog een grote reserve binnen de groep van langdurige arbeidsongeschiktheid, leefloon, vrijgestelde werklozen, enzovoort. Willen we de grote vraag naar arbeid invullen, dan zullen deze groepen - net zoals de werklozen destijds - systematisch moeten worden gescreend en opgevolgd.

2. VDAB moet centrale activeringsregie opnemen

Herdefinieer de opdracht van de VDAB naar een centrale activeringsregie en verruim zijn werkingsgebied naar de heterogene groep van niet-beroepsactieven in plaats van enkel de werklozen. Hiervoor moet de VDAB beschikken over een verruimd mandaat, moet de dienst een constructieve samenwerking opzetten met andere (federale) overheden en apparaten maar ook zijn werkingsmodel zelf tegen het licht houden.

3. Beperk (werkloosheids)uitkeringen in de tijd

Maak de uitkeringen sterk degressief en beperk de (werkloosheids)uitkeringen in de tijd. Er moet absoluut vermeden worden dat het stelsel van communicerende vaten in werking treedt waardoor de winst op het ene terrein teniet gedaan wordt door verlies elders. Dit betekent dat we nauwlettend moeten toekijken dat er geen nieuwe instroom in andere uitkeringsstelsels binnenkomt én dat we tegelijk alle uitkeringen gradueel moeten afbouwen via een degressief verloop tot en met het beëindigen in de tijd.

4. Moedig met jobstimulans werken aan

Een jobstimulans, waarbij het nettoloon van de laagste lonen verhoogd wordt, moet werken aanmoedigen. Van de laaggeschoolden is nauwelijks de helft aan het werk hoewel voor veel vacatures geen kwalificaties vooropgesteld worden en enkel naar de motivatie gevraagd wordt. Toch zetten velen deze stap niet omdat het verschil tussen werken niet voldoende groot is. Een jobstimulans, waarbij het nettoloon verhoogd wordt, kan dit verhelpen.

5. Vereenvoudig maatregelen waar nodig

Tot slot, vereenvoudig waar mogelijk. De (beperkt degressieve) inrichting van de werkloosheidsuitkeringen, de hertewerkstelling van langdurig arbeidsongeschikten, de activering van mensen met een arbeidshandicap, ... hebben telkens gemeen dat het beleid complex is. Dit maakt het moeilijk om aan iedereen uit te leggen wat de incentives, de voordelen of de gevolgen zijn van tewerkstelling en aanwerving. Vereenvoudig deze maatregelen: als werkzoekenden, werknemers en werkgevers het kader begrijpen en kunnen toepassen, kan er ook naar gehandeld worden.