De federale regering bereikte een akkoord over de Arbeidsdeal, een uitvoering van het begrotingsconclaaf van afgelopen najaar. Initieel was het de bedoeling hiermee onder meer de werkzaamheidsgraad mee te kunnen verhogen naar 80%, noodzakelijk om onze welvaartsstaat te kunnen blijven onderhouden. Maar daarvoor vallen de maatregelen te licht uit. 5 argumenten waarom de Arbeidsdeal geen goede deal is.
Eerst: enkele belangrijke beslissingen uit de Arbeidsdeal:
Een werkweek van vier dagen, de mogelijkheid tot wisselende werkregimes, het recht op deconnectie na de werkuren, vijf opleidingsdagen per jaar, soepelere overstap naar een andere job na ontslag en versoepelingen voor de e-commerce en nachtarbeid, … De Arbeidsdeal bevat een heel menu aan maatregelen (download hier het gedetailleerde overzicht) voor een meer flexibele arbeidsmarkt. Maar volstaan die wel?
5 argumenten en bedenkingen
1. Is het dat maar? In alle regeerakkoorden van het land staat: we moeten naar 80% werkzaamheidsgraad. Dat is ambitieus en noodzakelijk. Dan verwacht je stevige hervormingen van de arbeidsmarkt en niet deze redelijk beperkte aanpassingen.
2. De arbeidsmarkt staat NU in brand. Wij hadden NU sterke maatregelen verwacht. En die zijn er niet. Nochtans vindt 9 op de 10 ondernemingen amper mensen. We blijven op onze honger zitten.
3. Waar blijft de activering? Deze arbeidsdeal zet niet in op activering van wie vandaag niet aan de slag is. Terwijl dat toch het meest logische zou zijn om te doen? Wie al lang werkloos is moet met begeleiding terug naar werk geleid worden. Ook wie langdurig ziek is, moet geholpen worden om terug te keren naar het werk.
4. We begrijpen niet waarom de overheid regels moet opleggen rond het recht op deconnectie. Dit is een verregaande en overbodige inmenging in de relatie tussen werkgevers en werknemers. De regering toont hiermee een gebrek aan vertrouwen in werkgevers, die perfect in staat zijn om hun arbeidsorganisatie zelf of in overleg met de medewerkers en de sociale partners op een verantwoordelijke manier te regelen.
5. Ook de maatregelen die zorgen voor een betere afstemming tussen privé en werk, zoals de vierdagenwerkweek, leiden voor de werkgevers tot een zwaardere administratieve belasting, en vooral grote aanpassingen in de arbeidsorganisatie die nu al zwaar onder druk staat. Deze maatregelen zullen niet leiden tot meer jobs, maar wel tot een moeilijkere arbeidsorganisatie voor de werkgever.
2 lichtpuntjes
1. Het activerend ontslagrecht zal ervoor zorgen dat mensen niet, of zo kort mogelijk, in werkloosheid zitten. Het gaat dan om de periode tussen twee jobs in. Voka was al langer vragende partij hiervoor. Wie in een opzegperiode zit, bijvoorbeeld na een ontslag, kan tegelijk een opleiding volgen of vrijwillig voor een volgende werkgever aan de slag.
2. De nachtarbeid wordt eenvoudiger gemaakt. Slechts één vakbond moet akkoord gaan wanneer een bedrijf graag tussen 20u00 en middernacht activiteiten wil ontplooien. Is dit een ideale regeling? Neen, maar het is wel een goede stap. We zijn al duizenden jobs kwijtgeraakt aan onze buurlanden. Dat moet stoppen, en dat start vandaag.
Conclusie
Elk akkoord is een politiek compromis. Dat begrijpen we. Maar dit akkoord is wel erg onevenwichtig. Individuele werknemers krijgen extra rechten en flexibiliteit om hun loopbaan vorm te geven. Maar voor werkgevers is er van die flexibiliteit geen sprake. Wij blijven verder opgescheept met verouderde wetgeving en krijgen straks te maken met extra administratie voor al die nieuwe stelsels die de Arbeidsdeal mogelijk maakt.
Lees hier de persreactie van Voka.