Overslaan en naar de inhoud gaan
Map
  • Nieuws
  • 4 pistes om onze begroting terug op de rails te krijgen

4 pistes om onze begroting terug op de rails te krijgen

  • 28/11/2023

Voor zover nodig zette de evaluatie van de begroting door de Europese Commissie het vorige week nog eens extra in de verf: onze overheidsfinanciën staan er (op z’n zachtst gezegd) niet goed voor.

Zonder ingrijpen, zal het totale begrotingstekort van alle Belgische overheden samen tegen het einde van de volgende legislatuur oplopen tot 5,5% van het bbp. En dat is in ‘normale’ economische omstandigheden. Mocht er in de komende vijf jaar een nieuwe crisis opduiken, dan wordt dat nog meer. Europa zal de komende jaren dan ook belangrijke budgettaire inspanningen eisen van onze overheden. 

Het absolute minimum lijkt een inspanning van 2,5% van het bbp (of bijna 15 miljard in euro’s van vandaag) om het tekort terug te brengen tot 3% van het bbp. Hoe dan ook moeten onze volgende regeringen op de verschillende beleidsniveaus vol aan de bak om de overheidsfinanciën terug een beetje op de rails te krijgen. 

Geen ruimte voor extra belastingen

Vanuit sommige hoeken worden allerlei extra belastingen naar voor geschoven als de makkelijke oplossing voor onze budgettaire problemen. Daarbij wordt evenwel ‘vergeten’ dat we vandaag al de tweede zwaarste belastingdruk hebben van Europa, na Frankrijk. Volgens de huidige vooruitzichten starten we de volgende legislatuur met een totale belastingdruk van 43,9% van het bbp. In Frankrijk is dat 44,9%, in de Scandinavische landen gemiddeld 42,1%, in de buurlanden 41,1% en in de hele Europese Unie 39,7%. 

Als we de noodzakelijke budgettaire inspanning voor de komende legislatuur willen invullen met extra belastingen, dan gaan we met ruime voorsprong naar de zwaarste belastingdruk van Europa. In het theoretische geval waarbij die extra druk gelijkmatig over alle huidige belastingen uitgespreid zou worden, dan zou dat betekenen dat elke belasting met minstens 6% omhoog moet. 

Dat zou uiteraard negatieve gevolgen hebben voor ons economisch potentieel. Met nu al de tweede zwaarste belastingdruk van Europa moeten we niet naar extra belastingen kijken om onze budgettaire uitdaging op te vangen. 

4 pistes om onze overheidsfinanciën op orde te krijgen

Er zijn geen mirakeloplossingen om onze overheidsfinanciën op korte termijn terug op de rails te krijgen, maar er zijn wel mogelijkheden. Onze overheden zullen moeten werken op de volgende vier sporen:

•    Meer mensen aan het werk

Meer mensen aan het werk impliceert extra belastinginkomsten en minder overheidsuitkeringen. Volgens staatssecretaris van begroting Alexia Bertrand impliceert een extra werkende gemiddeld 28.000 euro extra voor de staat op jaarbasis. Op die basis zou een verhoging van de werkzaamheidsgraad naar 80% (bovenop het huidige verwachte pad) voor de overheid een budget opleveren van 1,8% van het bbp. 

Dat is allicht een vrij optimistische inschatting, en sowieso zal een substantiële verhoging van de werkzaamheidsgraad niet evident zijn, maar meer mensen aan het werk is wel een essentieel onderdeel van elke oefening om onze overheidsfinanciën terug op de rails te krijgen.

•    Een rem op de vergrijzingsfactuur

Onze vergrijzingsfactuur loopt de komende decennia sterker op dan die in de meeste andere West-Europese landen. Volgens de recentste ramingen van de Studiecommissie voor de vergrijzing zullen de sociale overheidsuitgaven (hoofdzakelijk pensioenen en zorg) tijdens de volgende legislatuur met 1,3% van het bbp toenemen (of 7,5 miljard in euro’s van vandaag). 

Door structurele hervormingen in pensioenen (o.m. aftoppen hoogste ambtenarenlonen, inperken gelijkgestelde periodes) en zorg (o.m. meer inzetten op preventie, beter afstemmen van verschillende zorgverstrekkers) moet die stijging grotendeels ingeperkt kunnen worden. Andere Europese landen (o.m. Frankrijk, Zweden en Spanje) slaagden daar al in.

•    Effectieve besparingen

Met 54,9% van het bbp hebben we vandaag de tweede hoogste overheidsuitgaven van Europa. En zonder ingrepen klimmen we de komende jaren naar de ‘eerste’ plaats. Verschillende analyses van de kwaliteit van het overheidsbeleid, o.m. door de Nationale Bank en de Wereldbank, suggereren dat tegenover die hoge overheidsuitgaven maar middelmatig beleid staat. 

Dat soort macro-analyses geeft aan dat onze overheid een pak efficiënter zou moeten kunnen. Doorheen het hele overheidsapparaat zou bekeken moeten worden of alle uitgaven hun doel wel bereiken en of dat wel op de meest efficiënte manier gebeurt. 

Daarnaast moet ook het debat gevoerd worden over welke taken de overheid allemaal op zich moet nemen. De combinatie van zulke spending reviews en kerntakendebat zou belangrijke besparingsmogelijkheden bloot leggen.

•    Sterkere economische groei

De ernst van onze budgettaire uitdaging wordt ook bepaald door de economische groei. Kort samengevat: met meer groei wordt het makkelijker om de overheidsfinanciën terug op de rails te krijgen, met minder groei wordt dat nog moeilijker. Dat zet de noodzaak van structurele hervormingen die het groeipotentieel van onze economie versterken nog eens extra in de verf. 

Een voor de hand liggende piste daarbij is dat de overheid binnen haar budget meer ruimte moet vrijmaken voor productieve investeringen. Dat is één van de meest krachtige hefbomen op ons groeipotentieel die de overheid heeft. En alle Belgische overheden samen hebben al decennialang bij de laagste overheidsinvesteringen van Europa, met een nefaste impact op ons groeipotentieel.

Conclusie?

De volgende legislatuur wordt de opkuis van de overheidsfinanciën een belangrijke opdracht. Nog eens vijf jaar aanmodderen op dat vlak kunnen we ons allicht niet veroorloven. Dat overschaduwt de beleidsmogelijkheden in de volgende legislatuur. Onze regeringen op verschillende beleidsniveaus zullen gecoördineerd moeten inzetten op verschillende pistes om enige kans te maken om die enorme opgave tot een goed einde te brengen. 
 

Contactpersoon

imu - vzw - Altez
imu - vzw - Uzbrussel