Overslaan en naar de inhoud gaan
Map
  • Nieuws
  • 210.000 mensen in provincie Antwerpen willen méér werken dan ze nu doen

210.000 mensen in provincie Antwerpen willen méér werken dan ze nu doen

  • 17/10/2022

In de provincie Antwerpen geven 210.000 mensen aan dat ze eigenlijk meer willen werken dan ze nu doen. Ze zijn 'onvrijwillig deeltijds'. Vaak door allerlei omstandigheden, zoals het wegvallen van kinderopvang. Dat blijkt uit een analyse van Voka Mechelen-Kempen, op basis van nieuwe cijfers van het Steunpunt Werk. “In geen enkele andere provincie in Vlaanderen is het potentieel aan nieuwe arbeidskrachten groter dan in onze provincie. Volgens de studie gaat het om 80.000 mensen die we met de juiste begeleiding en maatregelen alsnog aan het werk krijgen”, zegt Tom Laveren, gedelegeerd bestuurder van Voka Mechelen-Kempen.

Met net geen 600.000 zijn ze. De mensen in de provincie Antwerpen die voltijds aan de slag zijn. Dat zijn er al 10.000 meer dan eind 2021. Máár in verhouding met andere Vlaamse provincies, is dit het op één na laagste aantal. Want in de provincie Antwerpen is amper 55 procent van de bevolking - tussen 20 en 64 jaar - ​ voltijds aan de slag. Enkel Limburg (53%) doet nog minder goed. Dat staat te lezen in de nieuwe studie van Steunpunt Werk, onder leiding van professor Sarah Vansteenkiste van de KU Leuven. Om de arbeidsreserve in kaart te brengen, maakt het Steunpunt Werk gebruik van de Enquête naar de Arbeidskrachten (EAK), uitgevoerd door Statbel.

Met net geen 600.000 zijn ze. De mensen in de provincie Antwerpen die voltijds aan de slag zijn. Dat zijn er al 10.000 meer dan eind 2021. Máár in verhouding met andere Vlaamse provincies, is dit het op één na laagste aantal. Want in de provincie Antwerpen is amper 55 procent van de bevolking - tussen 20 en 64 jaar - ​ voltijds aan de slag. Enkel Limburg (53%) doet nog minder goed. Dat staat te lezen in de nieuwe studie van Steunpunt Werk, onder leiding van professor Sarah Vansteenkiste van de KU Leuven. Om de arbeidsreserve in kaart te brengen, maakt het Steunpunt Werk gebruik van de Enquête naar de Arbeidskrachten (EAK), uitgevoerd door Statbel.

 

Opvallend: 210.000 mensen (19%) geven aan dat ze eigenlijk meer willen werken dan ze nu doen. Ze zijn 'onvrijwillig deeltijds'. Het gaat om deeltijds werkenden die graag meer uren willen werken. Of voltijds werkenden die - door technische of economische omstandigheden - tijdelijk minder uren kunnen presteren.

Vooral vrouwen zijn in deze groep oververtegenwoordigd. Ze zitten onder meer met de zorg voor de kinderen of een hulpbehoevende ouder. Maar ook door het wegvallen van bijvoorbeeld kinderopvang is de stap naar voltijds werk moeilijker. “De 100 miljoen euro extra die de Vlaamse regering geeft voor de kinderopvang is een stap in de goede richting. In de eerste plaats voor kind en verzorger, maar ook voor de werkende ouder. Het is één van die puzzelstukjes die de opstap naar (voltijds) werk kan verbeteren”, zegt Tom Laveren van Voka Mechelen-Kempen. "Op federaal niveau zijn we tevreden dat de regering-De Croo heeft beslist om het systeem van flexi-jobs uit te breiden. Net als het maximaal aantal uren studentenarbeid. Al zijn dat kleine stapjes en zijn er grotere hervormingen nodig. Zoals het activeren van de 7.300 leefloners in de regio Mechelen-Kempen richting de arbeidsmarkt."

Meeste groei

Volgens de studie van Steunpunt Werk liggen - van alle Vlaamse provincies - de meeste groeimogelijkheden in de provincie Antwerpen. "Eind 2021 zat de werkzaamheidsgraad op 72,7%. Benutten we de 'arbeidsreserve' ten volle, kan het cijfer klimmen tot 80,1%. Dat is een verschil van 80.000 mensen", zegt Sarah Vansteenkiste, coördinator van het Steunpunt Werk. Die 80% is ook de doelstelling die de Vlaamse regering zich heeft gesteld tegen 2030. ​

 

Volgens de studie van Steunpunt Werk liggen - van alle Vlaamse provincies - de meeste groeimogelijkheden in de provincie Antwerpen. "Eind 2021 zat de werkzaamheidsgraad op 72,7%. Benutten we de 'arbeidsreserve' ten volle, kan het cijfer klimmen tot 80,1%. Dat is een verschil van 80.000 mensen", zegt Sarah Vansteenkiste, coördinator van het Steunpunt Werk. Die 80% is ook de doelstelling die de Vlaamse regering zich heeft gesteld tegen 2030. ​

 

Om de arbeidsreserve ten volle te benutten, moet er volgens Voka Mechelen-Kempen zeker ook naar de groep 'niet-beroepsactieven' worden gekeken. Dat zijn mensen die niet actief op zoek zijn naar werk. Het gaat om 242.000 mensen in de provincie Antwerpen. "Dit is een diverse groep: van studenten tot huismoeders en -vaders tot arbeidsongeschikten. Maar dit onderzoek bevestigt dat er ook binnen die groep mensen zijn die niet zo ver van de arbeidsmarkt afstaan", zegt Wim Brillouet, manager Belangenbehartiging van Voka Mechelen-Kempen. "Bevoegd minister Jo Brouns liet al weten dat VDAB sterker moet inzetten op de begeleiding van deze mensen. En dat we deze groep duidelijker moeten aanspreken. De economie kleurt de komende weken en maanden somber. Dat zal zeker een invloed hebben op de vraag naar nieuwe mensen. Maar we gaan nog altijd alle handen nodig hebben."

jobbonus

De kloof tussen werken en niet-werken vergroten, is een must. De recent goedgekeurde uitbreiding van de jobbonus - waar Voka mee voor heeft gepleit - kan er voor zorgen dat meer mensen uit de groep van 'niet-beroepsactieven - toch de stap zetten naar werk. Dit jaar komt er voor alle personen die een jobbonus ontvangen 100 euro bij. In 2023 wordt de loongrens opgetrokken. En komen dus meer medewerkers in aanmerking.