Minister Demir en VDAB willen intensiever samenwerken met werkgevers
Met het actieplan ‘Vlaanderen Werkt’ bereiden Vlaams minister van Werk Zuhal Demir en de VDAB zich voor op de zonet gestemde beperking van de werkloosheid in de tijd. In Vlaanderen zullen naar schatting 57.400 mensen hun uitkering verliezen. Minister Demir wil die ‘uitkeringen maximaal omzetten in lonen’ met aanpassingen in de organisatie van VDAB en door de samenwerking met (institutionele) partners én werkgevers te versterken.
Werkgever is klant van VDAB
Eén van de acties die meteen in het oog springt, is de wens om (opnieuw) intensiever te gaan samenwerken met werkgevers. Die focus op de werkgever als klant van VDAB was de voorbije jaren wat zoek geraakt, het actieplan zet deze nu weer zichtbaar op de kaart. Voor Voka is dit absoluut de juiste weg. Werkzoekenden naar werk begeleiden, zeker diegenen met een grotere rugzak of langere afwezigheid van de arbeidsmarkt, kan enkel maar lukken als er ook sprake is van goede contacten met en sterke dienstverlening voor werkgevers en hun vacatures. Anders dan bij de verplicht ingeschreven werkzoekenden, moet de VDAB werkgevers als klanten verdienen. Het actieplan biedt hen goede flankerende maatregelen aan waaronder werkplekleren, vacaturegericht opleiden, begeleiding op de werkvloer en matchingsevents.
In ruil verwacht VDAB sollicitatiefeedback om met die informatie verder aan de slag te kunnen in de begeleiding van de werkzoekende. De vraag lijkt logisch, maar het succes zal sterk afhankelijk zijn van de manier waarop men deze feedback organiseert. Administratieve ballast kan op weinig enthousiasme van de werkgevers rekenen en zal contraproductief werken in het terugbrengen van een sterke klantenrelatie. Wat wel werkt, is een bemiddelaar die zijn klanten-werkgevers kent, bereikt, opbelt en bezoekt. Het persoonlijke contact is belangrijk omdat werklozen langs vele verschillende wegen bij een vacature terecht komen (spontaan, social media, uitzend, doorgestuurd door VDAB, ...). Sollicitatiefeedback kan dus niet administratief verlopen, maar wel via dienstverlening vanuit VDAB.
Eén van de acties die meteen in het oog springt, is de wens om (opnieuw) intensiever te gaan samenwerken met werkgevers.
De werkvloer als hefboom
De werkvloer kan ook actief meewerken aan opleiding en matching van werkzoekenden. Het actieplan voorziet voor werkzoekenden een ultiem jobaanbod naar de reguliere arbeidsmarkt (of naar de sociale economie voor wie daarvoor in aanmerking komt). Zo een jobaanbod kan ook bestaan uit een individuele beroepsopleiding, een vacaturegerichte opleiding, place and train enzoverder. Stuk voor stuk VDAB-instrumenten waarbij de werkvloer mee inspanningen doet om competentiekloven te overbruggen en werkzoekenden op te leiden tot waardevolle werknemers.
Ook in de matching kunnen werkgevers een rol van betekenis spelen. Via oriëntatie- en sectorbaden (denk bijvoorbeeld aan het bouwbad, industriebad, enz.) werken VDAB en sectoren intensief samen om een juiste inschatting te maken van de kansen van een werkzoekende in de sector op basis van competenties, attitude en leerpotentieel. De werkzoekende krijgt er ook veel informatie en een realistisch beeld van wat werken in de sector betekent en welke mogelijkheden het biedt. Het actieplan voorziet een uitbreiding van deze succesformule. Daarnaast komen er ook regionale jobbeurzen met specifieke aandacht voor 55-plussers en jongeren. Voka bekijkt alvast hoe we via onze lokale Voka-Kamers actief kunnen bijdragen aan dit initiatief.
De werkvloer kan ook actief meewerken aan opleiding en matching van werkzoekenden. Het actieplan voorziet voor werkzoekenden een ultiem jobaanbod naar de reguliere arbeidsmarkt.
De organisatie van VDAB
Het plan bevat uiteraard ook veel acties die ingaan op de organisatie van VDAB, de aanpak door de bemiddelaars, datadeling tussen overheden, samenwerking met (institutionele) partners, enzoverder die allen nodig zullen zijn om in het kader van de beperking van de werkloosheid zo snel en sterk mogelijk te bemiddelen naar werk. Het kernidee dat de bemiddeling en iemands traject naar werk niet hoeft te stoppen omdat een uitkering wegvalt, vormt samen met de hernieuwde aandacht voor opleiding en de werkgever als klant belangrijke keuzes van het Vlaams arbeidsmarktbeleid.
