De coronacrisis werd door sommigen al bestempeld als de finale doodsteek voor de globalisering, die trouwens al voor deze crisis onder druk stond. Hebben ze ergens een punt?
In dat kader zouden we meer zaken terug zelf moeten gaan produceren (waarbij tot vervelens toe verwezen wordt naar de mondmaskers) en lokaal consumeren.
Die redenering gaat evenwel voorbij aan zowat de belangrijkste pijler van de Belgische economie. In essentie is de Belgische markt gewoon te klein om ons huidige welvaartsniveau enkel lokaal te realiseren.
Buitenlandse handel is dan ook een essentiële factor voor onze welvaart. Volgens het Planbureau is 30% van onze welvaart en onze jobs direct en indirect gelinkt aan die buitenlandse handel. Bovendien horen de bedrijven die blootgesteld worden aan de internationale handel tot onze meest productieve.
Cruciaal voor welvaart
Tegen de achtergrond van de toenemende erkenning van allerlei kosten verbonden aan internationaal transport en het toenemende belang van de individualisering van producten zijn er zeker gevallen waar er een business case te maken valt om activiteiten dichter bij de consument te organiseren. Maar dat moet geval per geval geëvalueerd worden op de economische merites, eerder dan ingepast worden in een breed verhaal van reshoring.
Dat betekent niet dat we moeten gaan voor ongebreidelde/ongecontroleerde globalisering zonder aandacht voor de verliezers daarvan, maar internationale handel is en blijft een cruciale pijler van onze welvaart. Economisch terugplooien op onszelf zou gepaard gaan met een enorme stap terug in welvaart.
_______________________________________________________________________
Lees en bekijk hier nog meer foute lessen uit de coronacrisis.

